Onlangs hebben zes klanten en drie begeleiders van HVO-Querido een tocht gemaakt in de Oostenrijkse bergen. In Tirol voegde zich een berggids bij het gezelschap en bedwongen ze in vier dagen een top in het Tannheimer Tal. Twee klanten en een begeleider vertellen over hun ervaringen aldaar.
Het inmiddels de zesde keer dat begeleider en een van de initiatiefnemers Maarten Vermaas een dergelijke tocht maakt. Jochem Beeuwkes en Bram Meurkens waren de andere twee begeleiders. Telkens naar een andere bestemming en altijd met een andere groep klanten. Maar wel altijd naar de bergen en dat is niet voor niets.
‘Bergen zetten je reflectievermogen aan,’ aldus Maarten. ‘Als je in de bergen loopt, ga je nadenken. Je bent heel klein e toch onderdeel van een groter geheel. E als je zelf heel klein bent, hoe groot zijn je problemen dan eigenlijk?
Voor veel mensen is het bijna een therapeutische sessie. Je wordt met jezelf geconfronteerd, je loopt tegen grenzen aan. Mensen laten in emotionele zin dingen achter op de berg. Je gaat gezamenlijk een uitdaging in en je weet dat je zo sterk bent als de zwakste schakel.
Groep
Het is ook best wel spannend. De meeste mensen zijn al jaren niet met vakantie geweest. Sommigen waren nog nooit in het buitenland.
De eisen voor deelname zijn niet hoog. Iedereen heeft zijn issues. Wij vragen van de deelnemers alleen openheid en respect voor elkaar. Je moet je verhaal kunnen en willen doen en je moet deel willen zijn van een groep. Iedereen moet zich veilig voelen. Elke ochtend en avond maken we even een rondje hoe iedereen ervoor staat, of er iets speelt. Dat klaart de lucht. Samen ongemakken delen, draagt bij aan het tot elkaar komen van de groep.
Gids
We hadden een hele goede en betrokken gids, Chris Bosten. Een Limburger die in Tirol woont. Hij was eerst bankdirecteur maar hij vindt de bergen en de natuur leuker. Hij praatte volop met onze klanten, wilde van alles weten, stelde veel vragen. Niet als ramptoerist, maar vanuit oprechte nieuwsgierigheid. Hij stelde zichzelf ook open op en vertelde veel.
De mensen van ons hotel op de eerste en de laatste dag waren ook heel aardig en gastvrij. Zij vonden dat wij begeistert terugkwamen van de tocht. Toen wij na afloop de overwinning aan het vieren waren, en anderen dat iets te luidruchtig vonden, namen de eigenaren het op voor onze klanten. Dat maak je niet vaak mee.’
Nooit gedacht
Saskia de Jonghe (1970) woont al jaren via HVO-Querido. Eerst werkte ze zestien jaar bij boerderij de Lindenhoff in Baambrugge, nu werkt ze bij café de Prael in de binnenstad van Amsterdam. Het is haar eerste bergtocht.
‘Ik had nooit gedacht dat ik mee zou kunnen doen, laat staan dat ik het zou halen, met mijn copd,’ aldus Saskia. ‘Bij de training moest ik steeds een extra heuveltje op in Bloemendaal, om te laten zien dat ik het vol zou houden, en beetje mijn longen oprekken. Maar op de tocht hebben ze mij allemaal fantastisch geholpen. Veel mensen hebben een heel stuk mijn rugzak gedragen. En dan ben ik ook nog eens blind aan één oog, dus ik zie geen diepte.
Saamhorigheid
Tijdens de voorbereiding hebben we met elkaar kennis gemaakt en het klikte meteen goed. Ik voelde een sterk gevoel van kameraadschap en saamhorigheid. Dat is fijn, want dat mis ik soms in het dagelijks leven. We waren even een soort familie. Er was wel eens een strubbeling hoor, maar dat hebben we meteen uitgepraat. Soms is het ook nuttig als het af en toe even stug gaat. Je zit op zo’n berg met z’n allen in een intensieve emotionele flow. Je bent op elkaar aangewezen.
Vader
Voor mij persoonlijk was deze tocht een ode aan mijn vader. Hij is in februari dit jaar overleden. Hij was de hele tocht bij me. Elke stap en elke steen hebben voor mij bijgedragen aan het verwerkingsproces. Niet dat ik nou de hele tijd somber was, integendeel eigenlijk, maar het was wel emotioneel. Mijn vader was een enorm natuurmens. Onderweg ben ik zoveel mooie dingen tegengekomen, die ik in gedachten met hem heb gedeeld. Ik denk dat hij trots op mij zou zijn geweest.
Lief
Maandag gingen we weg, zaterdag waren we weer terug. We hebben veel gelachen onderweg. Veel geiten en grappen maken. We gingen ’s ochtends op tijd op pad en liepen tot een uur of drie, vier in de middag. Dan heb je het wel gehad. In de hutten werd er voor ons gekookt. Heel basic, veel pasta en knödel. ’s Avonds kaartten we of we zaten gezellig samen te praten. Je hebt ineens een hele open relatie met negen man. Het besef dat je allemaal gewone mensen onder elkaar bent, vond ik mooi. In alle mensen zit iets liefs, maar in de bergen lijkt dat makkelijker naar buiten te komen, daar gaat je hart vanzelf open.
Overwinning
De eerste keer dat ik de bergen zag, dat uitzicht, de grootte, ik was echt blown away. Je stimuleert elkaar, de groep geeft je power. Je denkt aan elkaar, je laat dingen voor elkaar.
Ik weet van mezelf dat ik een alcoholprobleem heb. Maar op de berg kon ik met veel minder toe. Maarten had een flesje rum bij zich, als ik wilde kon ik het hem vragen. Dat was voor mezelf een openbaring, dat ik kon wachten. Ik had niet verwacht dat ik het zou halen tot boven de 2000 meter, maar dat was voor mij een extra overwinning.
Mijn leven is een grote chaos sinds in op mijn twaalfde uit huis ging, maar dit heb ik toch maar mooi gehaald. Door mijn eigen doorzettingsvermogen. Ik heb gehuild toen ik bovenkwam.
Open boek
Ik ben sowieso een open boek, maar als je compleet kapot en uitgeput bent, dan zijn er helemaal weinig barrières. Dan ga je makkelijker de diepte in met elkaar, dan sta je open voor goede persoonlijke gesprekken.
Het is gewoon grandioos dat dit op mijn pad is gekomen. Ze zouden dat vaker moeten doen, zo’n bergtocht.’
Buitenland
Hans Kolderman (1966) is ook een van de deelnemers aan de bergtocht dit jaar. Hij is naar eigen zeggen al tien jaar of meer klant van HVO-Querido. Eerst woonde hij jarenlang in de Waalstraat en nu via woningruil in Osdorp, in een huis met een tuintje. En daar wil hij niet meer weg.
‘Ik ben verslaafd geweest aan van alles,’ vertelt Hans. ‘Op het hoogtepunt, als ik het zo kan noemen, dronk ik 28 halve liters bier per 24 uur. Nu sta ik alweer zes jaar droog en gebruik ik niks meer. Het is helemaal uit mijn systeem. Als anderen drinken waar ik bij ben, dan doet dat me dan ook niks. Wat jij in je lichaam stopt, moet je zelf weten. Ik ben er klaar mee.
Vorige keer zou ik al meegaan de bergen in, maar dat kon vanwege familieomstandigheden niet doorgaan. Toen zei Maarten: als ik weer ga, sta jij bovenaan de lijst. Ik had er echt zin in. Ik was bijna nog nooit in het buitenland geweest. Met mijn ouders gingen we vroeger altijd naar de camping in Bakkum. Ook leuk trouwens.
Spike
Bijna was ik niet meegegaan, want ik zit met mijn hond. Spike, een Amerikaanse Stafford. Gelukkig hebben ze bij De Regenboog een service waarbij vrijwilligers een paar dagen op je hond kunnen passen. Meestal is dat als de baas wordt opgenomen of naar het ziekenhuis moet, maar het kan ook bij vakantie. Er was een misverstand. Ik dacht dat Maarten het zou regelen en Maarten dacht dat ik het zou regelen. Daardoor is Spike eerst een paar dagen in het DOA, het dierenasiel van Amsterdam, geweest, waar hij ook vandaan komt. En daarna bij de vrijwilliger. Het is gelukkig allemaal goed gegaan.
Kleinschalig
Van tevoren hebben we drie oefendagen gehad. In Castricum, op de Utrechtse Heuvelrug en bij Bloemendaal. Je moet er echt wel even aan wennen, een week lang met negen, tien man zo dicht op elkaar te zitten. Je zit ruim 800 kilometer van Amsterdam. Dan kan je niet ineens zeggen: de mazzel, ik ga naar huis. We hebben in het begin kennisgemaakt, elkaar allerlei dingen gevraagd. Toen had ik het gevoel: ja, met deze groep kan ik het wel. Je hoeft per slot van rekening geen dikke vrienden te worden. Het was gelukkig niet zo’n grote groep. Onderweg waren we met z’n negenen. Op de berg kwam daar nog de gids bij. Ik houd van kleinschalig, het is prettig als het een beetje te overzien blijft.
Leeg
Mensen gingen om allerlei redenen mee de berg op. Sommigen wilden hun grenzen verleggen. Ik dacht in eerste instantie voor mezelf een paar vragen te beantwoorden tijdens de tocht. Wie ben ik, waar sta ik en waar wil ik heen. Daar heb ik geen antwoorden op gevonden. Maar dat vind ik niet erg, want er kwam iets anders voor in de plaats. Helemaal aan niks denken, dat vond ik het allermooiste van deze tocht. Je hoofd helemaal leeg maken. Die berg, ik en lopen, verder niks. Het is fijn om je op één ding te concentreren. Al die overweldigend grote schoonheid om je heen, wie ben ik dan om te gaan lopen zeiken?
Sterker
Depressieve gevoelens, pijn in mijn rug, mijn klachten waren even helemaal weg. Ik ben er sterker uitgekomen dan ik er ben ingegaan. Ik heb altijd moeilijk “nee” kunnen zeggen, ik kom nu meer voor mezelf op. Laatst had ik bijvoorbeeld iets besteld bij Bol en dat kwam maar niet. Dus ik er achteraan. Dat is op zich al heel wat, want vroeger had ik het waarschijnlijk laten zitten. Afijn, ze hebben het uitgezocht en het is alsnog netjes hier gebracht. Ik ben gewoon sterker uit de bergen gekomen, met meer zelfvertrouwen. Hiervoor raakte ik sneller in paniek. Nu voel ik meer rust en denk ik eerder: het komt wel goed.
Mooie bergen
Het was ook gewoon heel leuk om te doen met z’n allen. We hebben best wel veel gelachen met elkaar. Er was wel eens een akkefietje, maar niks serieus. Alles werd meteen uitgepraat. Ik heb er geen spijt van.
Bijna ben ik een keer van die berg afgedonderd. Gelukkig stond er een groepsleider achter me die me nog kon vastgrijpen. Daar maak je dan een geintje van, zo van: nee, ik viel niet hoor, ik dacht dat ik daar een mooi vlindertje zag. Het was gewoon heel mooi om daar om je heen te kijken. We hebben hele mooie kolibrievlinders. En zwarte salamanders die aan de onderkant vuurrood zijn. Die komen alleen daar voor. Verder waren er mooie bloemetjes en beekjes, diepe dalen, rotsen in de mist. Ik houd van de natuur. Op sommige plekken lag nog ijs, midden in de zomer. In de winter is het een skigebied. Wij zijn tot 2100 meter hoog gelopen.
Goed hotel
We hebben mooi weer gehad, veel zon. De eerste en de laatste nacht sliepen we in Naturparkhotel Florence in Weissenbach am Lech. Een heel fijn hotel en superaardige mensen. Wij hebben een hele goede review geschreven. Wij deden een beetje normaal, wij brachten bijvoorbeeld zelf onze glazen en borden weg, wij hielpen een beetje mee. We hebben onze kamers netjes achtergelaten. Wij hebben een speldje van Tirol van ze gekregen als “sehr geehrter Gast.” Dat krijg je normaal als je voor de tiende keer komt.
Tijdens de tocht sliepen we in hutten op een slaapzaal.
Oostenrijkers zijn aardige mensen, maar ze spreken een raar soort Duits.
Zo’n tocht door de bergen, ik kan het iedereen aanraden. Ik gun iedereen die ervaring.’
Meer
Kijk hier voor de verhalen van de bergtochten van 2015, 2016, 2017 en 2018. Van de tocht in 2019 is een film gemaakt voor intern gebruik.