Svitlana Simon moest vanwege de oorlog vluchten uit haar thuisland Oekraïne. Nu verblijft ze in Amsterdam bij de Melkweg, de semipermanente opvang voor vluchtelingen van HVO-Querido in Noord.
‘Ik kom uit een plaatsje vlakbij Dnipro, een grote stad in het midden van Oekraïne, aan de gelijknamige rivier,’ vertelt Svitlana Simon (1983). ‘Het gebied is vanouds een centrum van zware industrie. Dnipro is niet zo groot als Kyiv, maar er wonen toch nog altijd twee miljoen mensen. Toen ik werd geboren, woonden wij nog met zijn allen in de Sovjet-Unie. Mijn vader was officier in het Rode Leger. Hij is helaas gestorven toen ik nog jong was. Toen ik zeven jaar oud was, is Oekraïne onafhankelijk geworden.
Op de universiteit begon ik met scheikunde, dat vond ik een boeiend vak. Later ben ik overgestapt naar marketing, dat vind ik uiteindelijk interessanter.
Eerst woonde ik met mijn moeder, later huurde ik een appartement voor mezelf. Mijn moeder is nog altijd in Oekraïne met haar honden en katten. We bellen en appen veel.
Oost en west
Wij hadden nooit gedacht dat Rusland ons land echt zou binnenvallen. Kijk naar de kaart: waarom hebben zij nog meer land nodig? Meteen aan het begin van de oorlog werd onze streek zwaar gebombardeerd. Echt alles, niet alleen militaire doelen. Wij konden alleen maar huilen. Met een paar vriendinnen ben ik in een auto gesprongen en naar het westen gereden. Dat is de realiteit in Oekraïne, vrouwen en kinderen gaan naar het westen, mannen naar het oosten. Vluchten en vechten.
We dachten er niet bij na, we zijn gewoon gevlucht. Niemand wist hoe of wat.
Open
Na een poosje in Polen ben ik in Nederland terecht gekomen. Eerst in Friesland, in Haulerwijk, een dorp in de buurt van Drachten. Daar heb ik vier maanden gewoond bij hele aardige mensen. Ik heb me later laten vertellen dat Nederlanders mensen uit Friesland soms een beetje gesloten vinden. Daar heb ik helemaal niks van gemerkt.
Wat ik wel heb gemerkt is dat mensen van het platteland, laat ik zeggen de meer traditionele Nederlanders, in hun manier van doen het meest lijken op Oekraïners. Ze zijn open, niet zo gehaast. Ze zitten niet alleen op hun telefoon, maar ze praten met andere mensen op straat en in de tram.
Borsjt
Ik moest er aan wennen dat mensen in Amsterdam op straat wiet roken, dat doen wij niet in Oekraïne. Wij drinken wijn of een biertje als er iets te vieren valt.
Van tevoren dacht ik dat Nederlanders echt veel meer vis zouden eten, omdat er zoveel water is. Dat is niet zo. Ik eet graag vegetarisch en gezond, dat is hier geen enkel probleem. Voor mij geen maaltijden uit de magnetron, ik maak het liever zelf vers. Dat kan gelukkig bij de Melkweg. Soms maken we borsjt, traditionele soep van rode bieten uit Oekraïne. Stevige kost, maar het geeft energie voor de hele dag.
Samen
In Amsterdam kwam ik bij het WOW-hostel terecht. Met zes vreemde mensen in een kamer, dat vond ik soms best lastig.
Bij de Melkweg deel ik nu een kamer met drie andere vrouwen. Wij kenden elkaar nog niet, maar het gaat goed samen. Het zijn vriendelijke meiden. We hebben een keuken, een badkamer en twee slaapkamers. Soms koken we samen en soms apart. De meesten hebben een ander rooster van hun werk.’
Werk
Svitlana werkt momenteel bij Join Me, een bedrijf dat flexibele kantoor- en vergaderruimtes verhuurt in Amsterdam Noord, vlakbij de Opvang Melkweg. ‘Eerst werkte ik als serveerster in een café in het centrum,’ zegt Svitlana. ‘Leuk, maar dit zie ik als een stap vooruit. Het past beter bij mij. Ik beheer hier het hele gebouw. Boekingen regelen, mensen te woord staan, mensen ontvangen en nog veel meer.
De hele dag ben ik druk, dat vind ik fijn, het leidt lekker af. Door mijn werk leer ik steeds beter Engels en Nederlands wordt mijn volgende stap.
Toekomst
In Amsterdam heb ik al verschillende culturele dingen gedaan. Naar de opera, naar klassieke concerten, maar het Rijksmuseum.
Tekenen doe ik graag, maar ik zie dat niet als therapie. Als ik rust in mijn hoofd wil dan ga ik naar de zee of ik ga een stuk fietsen of rennen. Dat is het fijne van Amsterdam Noord, er is veel groen en natuur omheen.
In de toekomst zou ik hier wel een appartement willen huren. Mijn carrière wil ik graag in de marketing vervolgen. Marketing is internationaal, Google werkt overal hetzelfde.
Dichtbij
De situatie in Oekraïne is heel moeilijk. Wij geloven in onze overwinning. Want wij hebben het recht aan onze kant. Onze mensen en onze soldaten zijn erg dapper. Het zal goed komen. Ons leger wordt steeds slimmer en sterker. Ze weten wat ze moeten doen.
Het nieuws is voor ons nu iets beter dan in het begin. Maar het luchtalarm blijft klinken. Het is oorlog, er gaan elke dag veel mensen dood. Niet op een andere planeet, maar hier dichtbij.
Open geest
Het is belangrijk dat de Nederlandse staat mensen uit Oekraïne helpt. Maar het is ook belangrijk dat gewone mensen dat doen, van persoon tot persoon, als buren op de wereld. Als je de aarde als ecologisch systeem ziet, dan is denken in landen achterhaald.
Ik steek mijn kop niet in het zand voor de realiteit, maar ik wil verder kijken dan oorlog en haat. Liever werk ik samen met positieve mensen, mensen met een open geest. Geen oorlog maar vrede. Dat is voor mij de toekomst. Ik ben er van overtuigd dat we samen een nieuwe wereld zullen creëren. Samen moeten we iets beters kunnen maken, een betere wereld voor alle mensen.’