Verhalen

Nadenken over de toekomst

17 december, 2021

Nicole Karels (1979) is per 1 oktober 2021 teammanager bij onze gezinsopvang. Ze geeft leiding aan 21 medewerkers in twee teams: de Westlander, inclusief het WOW-hotel, en Jan de Louter, inclusief hotel Omega.

‘Ik ben wel in Amsterdam geboren, aan de Oostelijke Handelskade, achter het Centraal, maar getogen helaas niet,’ vertelt Nicole Karels. ‘Mijn ouders vonden het destijds nodig om met kleine kinderen naar Purmerend te verhuizen, want dat was rustiger. Mijn vader werkte bij de marechaussee, waar hij iedere vier jaar een andere standplaats kreeg, en Purmerend was ons anker, ons rustpunt. Maar inmiddels woon ik weer lekker in Amsterdam.

Mensen helpen

Als klein meisje wilde ik bij de politie. Dat was meer een vaag idee, maar ik denk dat mensen helpen er bij mij altijd heeft ingezeten. School was nooit zo mijn ding, sterker nog, ik heb er altijd een grote hekel aan gehad. Ik wilde zo snel mogelijk gaan werken. Dus meteen na de havo heb ik gesolliciteerd bij de douane op Schiphol en daar heb ik een tijdje gewerkt. Op een gegeven moment wilde ik iets meer, iets anders, en iets met mensen. En dan blijkt het toch wel handig om een diploma te hebben, dus toen ben ik toch maar SPH gaan doen. In deeltijd, want ik had al een volwassen leven, met een salaris en zo. Dat heb ik via een Tbs-kliniek in Almere gedaan. Vier dagen in de week werken en één dag naar school. Netjes mijn diploma gehaald, aangenomen en doorgerold. Heel interessant en leuk, dwangverpleging heeft een heel eigen dynamiek. Ik heb het twaalf en een half jaar gedaan.

Nicole Karels

In mijn eigen stad

Maar intussen vond ik het tijd voor iets nieuws, iets fris. Ik wil mezelf als mens en als professional ontwikkelen. En, ook niet onbelangrijk, ik wil graag eens iets in mijn eigen stad betekenen. Ik woon in Amsterdam, daar moest toch een leuke baan te vinden zijn? Zo kwam ik op de website van HVO-Querido terecht en die manier van presenteren sprak me meteen aan. HVO-Querido biedt ook forensische zorg, maar ik wil juist iets heel anders, en zo ben ik bij de gezinsopvang uitgekomen. Ik had een aantal sollicitaties lopen, dit is mijn bewuste keuze.

Afwisseling

Mijn eerste indrukken kloppen met de impressie die ik bij de sollicitatie kreeg. Veel ambitie, zeer mensgericht. De sfeer is losjes, informeel, weinig hiërarchisch, met ruime kaders. Het voelt heel vrij.
Ik ben er nog maar net, dus ik kan echt nog geen afgewogen oordeel vellen, ik moet nog veel leren. Het leuke van dit werk is in ieder geval de afwisseling. Je hebt zoveel verschillende dingen te doen en daarbij heb je met zoveel verschillende partijen en instanties te maken. Ik ben aan het ontdekken hoe het allemaal samenhangt. Daarbij heb ik in deze functie het voorrecht dat ik mag nadenken over de toekomst, over hoe het beter kan met onze hulpverlening aan gezinnen.

Zoektocht

Het werk en mijn rol daarin ben ik nog volop aan het onderzoeken. Ik ben mezelf aan het inwerken, ik leer steeds meer collega’s kennen. Leuke, hardwerkende mensen. Het liefst zou ik steeds op vier plekken tegelijk zijn, bij de Westlander, bij Jan de Louter en bij de hotels, maar dat kan helaas niet. Het is een ingewikkelde periode, en de beperkingen vanwege corona maken het niet makkelijk. En intussen loopt je agenda vol.
Het liefst heb ik korte lijntjes, dicht op de persoon, gewoon bij elkaar binnenlopen. Het is een zoektocht, een heel boeiende zoektocht. Het voelt dicht bij huis.

Geen blauwdruk

Onze doelgroep is heel divers. Iedereen in de gezinsopvang heeft een eigen verhaal, een eigen achtergrond. Mensen komen hier op verschillende manieren en om verschillende redenen terecht. Dat is een van de redenen dat dit werk altijd interessant blijft. Er is geen standaardantwoord van onze kant, geen blauwdruk. Elk gezin verdient een oplossing op maat.
Wij hebben daarbij niet met een enkel persoon te maken, wij kijken naar het hele systeem, er zijn immers altijd kinderen bij betrokken. Juist die kinderen maken deze tak van opvang bijzonder.

Meer veerkracht

Kinderen komen niet alleen mee, ze krijgen ook alles mee. Alle ellende, angsten, onzekerheden, ruzies, geweld, en noem maar op.
Maar al te vaak hebben onze bewoners als kind zelf in de opvang gezeten. Op ons rust dan ook een grote verantwoordelijkheid. Wij zijn een van de partijen die de zogeheten intergenerationele overdracht kan helpen doorbreken. Wij moeten de veerkracht van kinderen vergroten en uit alle macht proberen te voorkomen dat ze hun problemen weer doorgeven aan hun kinderen. Dat we, met name voor de kinderen, niet alles acuut kunnen oplossen, maakt dit werk soms zwaar. Daar moeten we elkaar goed in steunen.

Beter

Het zou niet zo moeten zijn dat we gezinnen in nood opvangen in hotels of in containers. We zouden daar betere, kindvriendelijke plekken voor moeten hebben. Plekken waar kinderen zich goed en veilig voelen, waar ze kunnen spelen, waar ze kind kunnen zijn. Kinderen kunnen het beste in een gewoon woonhuis opgroeien.’

Nicole Karels woont samen met haar vriendin en twee windhonden.

Deel dit verhaal:

Meer lezen?

Bekijk dan al onze verhalen.