Voormalig collega Safoan Mokhtari werkt na zeven jaar HVO-Querido alweer bijna anderhalf jaar bij de gemeente Amsterdam. Een vraaggesprek om te horen hoe het nu met hem gaat, wat hij bij ons zoal heeft geleerd en om een misverstand weg te nemen.
Safoan Mokhtari (1984) werd geboren aan de Hudsonstraat in de Baarsjes in Amsterdam West en verhuisde korte tijd later naar Bos en Lommer en jaren later naar Geuzenveld in Nieuw-West. Zijn moeder was huisvrouw, zijn vader werkte als hoofd beheer bij het Anne Frankhuis. ‘Daar voelde ik me gewoon thuis, daar heb ik veel gespeeld als kind,’ vertelt Safoan. Hij deed de mavo aan het Calandlyceum, ging naar het mbo en daarna naar het hbo, Culturele en Maatschappelijke Vorming aan de Hogeschool van Amsterdam. Tot slot volgde hij de minor community development bij de faculteit sociologie aan de Universiteit van Amsterdam.
Hoe ben je bij HVO-Querido terecht gekomen?
Het was mijn eerste baan. Ik was muzikant, rapper, woordkunstenaar, echt een vrije jongen. Toen werd mijn vrouw zwanger, van een tweeling nota bene, dus toen moest ik wat. Wij woonden allebei nog thuis bij onze ouders. Dus toen heb ik een baan gezocht en een huis. Was ik van stoere rapper in één klap een burgerman met een vrouw, huis, een baan en twee kinderen, haha.
Mijn vrouw werkte als begeleider bij het pension van HVO-Querido aan de Ruysdaelkade, dus ik kende de organisatie en de verhalen van de klanten al een beetje. Ik kwam als persoonlijk begeleider bij de Vaart, heel leuk, ik ben er zeven jaar gebleven. Martin de Groot heeft mij destijds aangenomen, hij was mijn mentor en steun en toeverlaat bij HVO-Querido. Ik heb veel van Martin geleerd. Er is nu iemand aangenomen, werd er destijds gezegd, het is een rapper en ook nog een Marokkaan! Alsof dat een hele spannende combinatie was.
Ben jij zo streetwise dan?
Niels, een van de bewoners van De Vaart, en ik zijn ooit gevolgd door het tv-programma Vals Plat. Als hij kennismaakt met mij, dan nog zijn nieuwe begeleider, zegt hij op camera meteen: ‘tering, een Marokkaan!’ Hij was iemand die ooit hoog in de Top600 zat, een vent die vooral gewend was om zijn vuisten te laten spreken. Hij zegt wat hij vindt, recht voor z’n raap. Ik kon op straatniveau met hem communiceren. Het klikte eigenlijk meteen tussen ons. Er was wederzijds respect. Hij vond mij, net als zichzelf, ook een soort Ciske de Rat, maar dan Marokkaans. Het gaat nog steeds goed met Niels.
Wat trok je aan in het werk?
Hulpverlenen is mooi werk, je kunt echt iets betekenen voor mensen. Het was voor mij een uitdaging om steeds weer te ontdekken wat ik aan al die levens kon bijdragen. Het past bij mij, bij hoe ik ben en hoe ik in het leven sta. Het vergt talent om op zoek te gaan naar talent. Je hebt kracht nodig om iemands krachten te ontdekken. Cliënten hebben mensen nodig die in ze geloven. Uitgaan van de sterke kanten van mensen is niet alleen een uitgangspunt van HVO-Querido, maar ook van mij. Het is mijn roeping. Ik heb het altijd vanuit mijn hart gedaan. Niet voor niets heb ik er zeven jaar met veel plezier gewerkt.
Werken als hulpverlener is ook een spiegel. Je beseft hoe goed je het zelf hebt. En hoe dun de scheidslijn is, want dakloos worden, in de ellende terechtkomen, dat kan echt iedereen overkomen.
Heb je succes nodig als persoonlijk begeleider?
Nou, succes… Het is goed om zo nu en dan te ervaren dat je verschil kunt maken, dat andere mensen echt profijt hebben van jouw handelen. Soms is er ineens een soort bekroning van je werk. Dat deed mij wel goed. Dan komt bijvoorbeeld Ruud langs bij de Vaart, dat is een van mijn oude cliënten die nu op zichzelf woont, om zijn auto te laten zien, om te vertellen dat het goed met hem gaat, dat ie weer hoop heeft in het leven en ook om mij te bedanken. Dat laat me niet onberoerd, het is toch een zaadje dat ik heb geplant dat goed is ontkiemd. Veel cliënten en hun verhalen neem ik mijn hele leven mee. Hard voor de zaak, maar zacht voor de persoon.
Wat heb je nog meer gedaan bij HVO-Querido?
Naast de Vaart ben ik ook actief geweest bij de opstart van de Aalbersestraat. Dat was ook heel leuk, in mijn oude buurtje. Ik ken de buurt, ik ken de mensen die er wonen, dat was echt een voordeel. Bij de informatieavonden voor buurtbewoners kon ik veel mensen geruststellen. Jongens, jullie kennen mij, ik ben ook HVO-Querido, dit is oké. Dat heeft gewerkt, het is rustig gebleven. Met topper Cecilia Petit (de toenmalige projectleider, red.) moesten we op gesprek komen bij de moskee. De voorzitter zei, dit is niks voor onze buurt, niks voor ons. Toen gaf ik het voorbeeld van een Marokkaanse jongen die helemaal was opgebloeid bij HVO-Querido. Niet zomaar een voorbeeld, echt gebeurd. Bleek het zijn neef zijn! Hebben jullie dat voor elkaar gekregen? Zo bouw je aan vertrouwen.
Waarom ben je bij ons weggegaan?
Het was een moeilijke beslissing, maar het was uiteindelijk een samenloop van omstandigheden. Martin de Groot was mijn maatje bij de Vaart en hij was net met pensioen gegaan na maar liefst 35 jaar bij de zaak. Voor mijn gevoel stond ik er nu een beetje alleen voor. Hilda Natha was ook een collega die heel veel jaar bij ons was. Zoiets zag ik ook voor me, of ik ga hier nog veertig jaar werken, en dat was ineens toch een beetje een schrikbeeld, of ik ga nu iets anders doen. Het viel op z’n plek, het was tijd om te veranderen. Daar kwam bij dat ik ongeveer op dat moment ziek werd, diabetes, en dat past niet goed bij onregelmatige diensten. Na zeven jaar ga je bovendien soms een beetje op de autopilot, terwijl ik juist geprikkeld wil worden.
Daarnaast werkte ik al langer als zelfstandige voor de gemeente Amsterdam in verschillende projecten rond sociale cohesie in buurten. Dus ik kende de gemeente al als werkgever. Zij vroegen steeds: kom bij ons werken. Kortom, een heleboel redenen om te switchen. En zo ben ik op 1 januari 2018 bij de gemeente aan de slag gegaan.
Wat doe je bij de gemeente?
Verschillende dingen inmiddels, ik ben begonnen als klantmanager voor statushouders, dan ben je regisseur en werk je met de klant samen aan zijn inburgering, dagbesteding of werk. In die baan had ik nog volop te maken met HVO-Querido. Na een half jaar promoveerde ik binnen de gemeente en werd ik gebiedsmakelaar van de Da Costabuurt in West, dan ben je de oren en ogen van de wijk, je maakt de vertaalslag van de wensen van de bewoners en de ondernemers naar de politiek en andersom. Na weer een half jaar ben ik gevraagd om me als projectleider te richten op jeugd en veiligheid in Amsterdam Zuidoost en dat doe ik nu met veel plezier.
Rond jongeren hangt vaak een verkeerd beeld van overlast en problemen door jongens in hoodies.
Prijzen
Als zelfstandige heb ik daar al programma’s voor gemaakt, dat heeft een paar mooie projecten in Amsterdam opgeleverd. Ik heb in 2018 namens Gemeente Amsterdam de Europese ESF award mogen winnen en ben in hetzelfde jaar ook IJburger van het jaar geworden. Ik kom nu in contact met iedereen in de wijk, niet alleen met kwetsbare mensen, maar met iedereen. Zo heb ik laatst samen met Evert Bod, teammanager van onder andere de Domselaerstraat, een Lopend Vuurtje diner georganiseerd op locatie. Op deze avond lieten we een buurtmoeder koken en brachten de lokale professionals een bezoekje aan deze kwetsbare doelgroep in een beschermde setting. Je zag de bewoners opbloeien en de leukste verhalen vertellen aan de gasten. Dit is typisch een voorbeeld van hoe ik als ambtenaar met een maatschappelijke achtergrond de verbinding blijf zoeken met alle Amsterdammers.
Bij de gemeente sta je meer op de bühne, zo werk ik samen met wethouders en de burgemeester en kan ik gewoon appen met het dagelijks bestuur. Bij HVO-Querido was het meer achter de schermen en in ieder geval solistischer. Je kunt hier echt dingen bewerkstelligen, je kunt niet alleen mensen een kans geven, maar ook op beleidsniveau het verschil maken.
Wat heb je bij HVO-Querido geleerd?
Een ruime en brede blik. Niemand is een loser, we zijn allemaal mensen met een verhaal. Ik heb een bijna oneindig geduld gekregen. Ik vind echt nooit dat buurtbewoners zeuren, ze zijn betrokken, ze verdienen onze aandacht voor hun kant van het verhaal. Ik ga uit van de kracht van mensen zonder al te veel vooroordelen. Ik kijk altijd naar het positieve van de situatie. Mensen krijgen van mij gerust een tweede, derde of vierde kans. Ik kan een klant moeilijk een sanctie opleggen daar waar zijn onkunde of tekortkoming hem juist in deze situatie heeft gebracht.
Ik probeer mensen en partijen met uiteenlopende meningen bij elkaar te brengen door in gesprek te blijven. Dat zijn toch typische HVO-Querido praatjes.
Daarnaast stap ik overal op af. Als je ingrijpende besluiten neemt, moet je weten waar je het over hebt. En dan wil ik het uit de eerste hand horen, niet meegaan in negatieve verhalen en relaties met alle betrokken partijen opbouwen.
Magic
Bij de Vaart werd ik er vaak bij geroepen als het met een bewoner uit de hand liep, als iemand bijvoorbeeld zijn kamer aan het verbouwen was. Dat soort situaties ligt mij, dan doe ik mijn magic ding en dan gaan we samen een patatje eten. Je moet altijd tijd investeren in mensen, ook buiten je eigen caseload. Ik was ieders vriend, maar bleef met nadruk ook de professional. Mijn de-escalatie praktijken, daar kijk ik met trots op terug. Terugval hoort bij herstel. Daarom zitten mensen in de opvang. Je moet zorgen dat mensen hun waardigheid kunnen behouden en ze een volgende kans geven.