Tjerk Stienstra is een Fries die al bijna 25 jaar met veel plezier in Amsterdam Zuidoost woont. Hij zit daar niet alleen in de bewonerscommissie van onze afdeling het Anton de Komplein, hij maakt sinds kort ook deel uit van de Zorgraad 2 van HVO-Querido.
Tjerk Stienstra (1956) wordt geboren op Terschelling, maar verhuist al op driejarige leeftijd naar Amsterdam, waar zijn vader directeur wordt van een jeugdgevangenis. ‘Moeilijk opvoedbare jongeren waren dat,’ nuanceert Stienstra, ‘het was meer een soort halfopen inrichting, De Vluchthaven heette die instelling. Wij woonden in Betondorp, eerst op Onderlangs, later daar vlakbij, op het Zuivelplein.
Kok en verpleegkundige
Op mijn veertiende ben ik in het beroeponderwijs terechtgekomen, op de internationale horecavakschool in Brussel, daar ben ik opgeleid tot kok. Een mooi vak hoor, ik heb een tijdje gewerkt als instellingskok, ook nog eventjes bij HVO aan de Poeldijkstraat, maar het is niks voor mij omdat mijn lichaam niet tegen bepaalde stoffen in de keuken kan. Daar kwam ik natuurlijk later pas achter, ik werd steeds maar ziek en wist niet hoe dat kwam en toen bleek ik zwaar allergisch te zijn.
Dus toen heb ik me omgeschoold en ben ik verpleegkundige geworden. In Amstelveen heb ik met geestelijk gehandicapten gewerkt.
Trots
Hoe ik hier terecht kom? Tja, dat is een heel verhaal. Samen met mijn maatje Petr, hij komt uit Bosnië Herzegovina, woonde ik zeker vijftien jaar in een tent op allerlei verschillende plaatsen in de Bijlmer. Dat was een goed leven hoor, in die tent. Je had je uitkering en heel veel vrijheid, ik had nergens problemen mee, met niemand.
Op een gegeven moment werd ik opgehaald door de GGD, ik mocht niet meer in mijn tent slapen, maar ik moest naar de winteropvang. Ik had verder niks met de GGD te maken, het was mijn huisarts, meer niet. Toen kwam ik min of meer verplicht in de nachtopvang terecht aan de Flierbosdreef. Mijn maatje is wel een gebruiker, ik niet.
Nu woon ik ruim een jaar hier. Als je ziet wat ik in die tijd allemaal heb bereikt, dan ben ik daar best trots op. Het is hier wel oké hoor, ik heb mijn eigen kamer, je kunt je afsluiten van het gedoe om je heen, maar het is geen eindstation. Ik hoop binnenkort door te stromen naar meer zelfstandigheid bij Fleerde en weer samen met mijn maatje te gaan wonen.
Nieuwsgierig
Omdat ik bij het Anton de Komplein in de bewonerscommissie zit, vroegen ze of de Zorgraad niet iets voor mij was. Ik ben nieuwsgierig hoe de boel in elkaar zit, dus dat heb ik gedaan. Als je wilt weten hoe HVO-Querido werkt en tegen zorg aankijkt is de Zorgraad de beste plek om dat te weten te komen. Je hoort wat er goed gaat maar ook wat niet.
Lid zijn van de Zorgraad is best veel werk. We vergaderen twee keer per maand, dat is niet zoveel, maar je moet heel veel stukken doornemen. Soms moet je een stukje teruglezen om te weten hoe iets is ontstaan. We gaan bij andere locaties op bezoek om te horen wat daar speelt. Er duiken de hele tijd dingen op die er tussendoor komen fietsen. Dan moet je bijvoorbeeld weer op een of andere cursus. Je leert ook dat zaken vaak ingewikkelder in elkaar zitten dan je denkt. Je krijgt een hele brede blik op de organisatie, dat is boeiend.
Opstap
We krijgen een heleboel vragen, maar we moeten natuurlijk wel kijken of iets ook breed speelt. De Zorgraad moet zich niet bemoeien met persoonlijke kwesties of lokale logistieke problemen. Wij adviseren de zorgdirecteur, in ons geval is dat Nic Borghans. Wij brengen de praktijkervaring mee en proberen dat om te zetten in het beste advies.
Vooral tegen mensen die nu in een bewonerscommissie zitten, zou ik willen zeggen: verruim je blik en overweeg of de Zorgraad iets voor jou is. Het leuke is ook dat de volgende stap vanaf hier de Centrale Cliëntenraad is, een niveautje hoger. Nou hoeft dat van mij niet per se, maar ik sta er ook niet afwijzend tegenover.
Vinger in de pap
Ik vind het hele goed dat er een zorgraad is. Zo heb je als cliënt of bewoner een vinger in de pap hoe de organisatie met zorg omgaat. Ik heb het gevoel dat wij echt invloed hebben, dat je zinvol bezig bent. Sinds wij erbij zijn, ik bedoel Nabil van Fleerde en mezelf, is de Zorgraad een stuk mondiger geworden. Voorheen zat er niemand in uit Zuidoost. Wij brengen graag problemen mee. Want problemen van bewoners zijn er om op te lossen.
De Zorgraad 2 gaat over maar liefst 24 panden en voorzieningen. Ze zijn niet allemaal vertegenwoordigd, maar wij komen wel voor ze op.
Eline van IJsseldijk is de ondersteuner van onze Zorgraad, zij is echt hartstikke goed en betrokken. Zij toont echt belangstelling voor je. Ook als ze niet aan het werk is, belt ze altijd meteen terug.
Bijlmer
Over pakweg drie jaar hoop ik mijn eigen huis te hebben, het liefst hier in de Bijlmer. Ik heb hier nu bijna 25 jaar rondgedold, ik ken het goed, het bevalt me prima. De Bijlmer heeft misschien bij sommige mensen en slechte naam, maar dat ligt echt aan die mensen zelf. Ik heb hier in verschillende wijken gezeten en altijd een goed contact met de buurt en de mensen gehad, ook als ik met mijn maatje was. Iedereen kende ons en wij kenden iedereen. Vroeger was het misschien iets gevaarlijker, maar het is enorm verbeterd de laatste jaren. Dat de Bijlmer levensgevaarlijk is, is iets wat ze nu vooral in Friesland nog denken.
Terschelling
Ik kom nog elk jaar op Terschelling. Even lekker veertien dagen ertussenuit in het voorseizoen. Het kost een paar centen, maar dit jaar gaan we voor het eerst zonder tent, heel luxe in een huisje in Formerum. Tja, ik word 61 hè.’