In een straatje vlakbij de Amstel woont N. Zij woont daar zelfstandig met ambulante begeleiding van Mirella Paton van team Eigen Thuis van HVO-Querido. Ze woont er nog maar net. Hoe ziet N. haar toekomst?
N. groeit op in Amsterdam. Ze heeft een goede kindertijd, maar als ze naar de middelbare school gaat, ontstaan er problemen. ‘Emotieregulatietherapie was mijn kennismaking met de GGZ,’ vertelt N. ‘Ik was een jaar of acht. Op die leeftijd weet je niet wat je daarmee aan moet of wat het probleem inhoudt. Ik vond het vooral stom. In mijn pubertijd begon het echt bergafwaarts te gaan. Ik was best wel onhandelbaar. Waar dat vandaan komt?
Een niet fijne en ongunstige situatie om mij heen, zowel binnen als buiten mijn huishouden. Op de middelbare school kon je veel flikken. Weglopen, gewoon ergens koffie gaan drinken. Op een gegeven moment spijbelde ik elke dag. Het was wel een leuke tijd, maar geen goede tijd. Verkeerde vrienden, een verkeerd netwerk. Ik ging stevig in de clash met mijn naasten.
Weglopen
Ik begon van huis weg te lopen. Omdat het niet meer goed en fijn voelde om mij heen en within myself. Ik had wel een plannetje in mijn hoofd, maar dat bedacht ik pas een half uur van tevoren. Meestal ging ik gewoon naar vriendinnen. Nooit langer dan een dag of vier, vijf. Hun ouders vonden het altijd goed. Ik zou dan vragen: weten je ouders hiervan? Maar goed.
Nadat ik voor de achtste keer van huis was weggelopen ben ik door de politie naar de jeugdzorg gebracht in een gesloten setting. Dat was in 2017. Af en aan heb ik ruim twee jaar in De Koppeling gezeten. Dat was de druppel. Het voelde als een nederlaag. Een uithuisplaatsing krijgen als kind voelde alsof ik werd achtergelaten door mijn naasten. Dat heeft veel schade veroorzaakt, ik deal nu nog steeds met het oud zeer van toen. Hieruit zijn problemen ontstaan waar ik tot op heden tegenaanloop. Het positieve is wel dat ik een veel diepere en intiemere band heb met de mensen die ik nu om mij heen heb, dat heb ik gemist.
Jeugdzorg
Eerst zat ik op de time-out, later op de vaste groep en dat werd steeds verlengd. Daar begreep ik niks van. Jongeren moeten niet met mij sollen, zo heb ik er altijd ingestaan, ook vond ik het lastig om voor mijzelf op te komen. Ik was gewoon een kind met gedragsproblemen, verder deed ik geen vlieg kwaad. Met de meeste mensen kon ik prima overweg. Ik ben niet brutaal of asociaal, maar ik kan er slecht tegen als ik onheus wordt benaderd.
Daarna kwam ik bij de nieuwe locatie van de Koppeling, jarenlang hebben ze mij van locatie naar locatie geslingerd. Het werd normaal voor mij om geen vast thuis te hebben, om niet bij mijn ouders te wonen, om beperkt contact te mogen hebben met de buitenwereld. Het was elke keer weer kut om ergens anders naartoe gebracht te worden voor zoveel weken of maanden. Dat heeft echt schade aangericht. Tegelijkertijd heb ik ervaring opgedaan, die ik kan gebruiken voor het goede.
Volgende stap
Toen ik 18 werd was ik heel erg toe aan een volgende stap. Maar waar naartoe? Zelfstandigheid was een prioriteit voor mij. Toen heb ik kennisgemaakt met Housing First Jeugd [nu Eigen Thuis, red.], zo heette het eerst, van HVO-Querido. Ambulante zorg. O, God, weer een begeleider, dacht ik. Daar zit ik niet op te wachten, ik vertrouw ze niet. Geef me een huis, geef me een coach, iemand die naast me staat, dan doe ik het zelf. Na al die hulpverleners wil ik het zelf voor het zeggen hebben.
Samen
Maar met Mirella had ik meteen een klik. Ze is heel straight, ze zegt waar het op staat en dat waardeer ik. Ze praat niemand naar de mond. Ze zei meteen: hé, ik begrijp je, maar zo gaan we het niet doen. Een coach is er ook om mij te temmen, als dat nodig is. Ik kan ineens van nul naar honderd schieten. Een bepaald temperament, daar houd ik van. Tussen Mirella en mij is respect, daardoor voel ik me niet aangevallen. Wij kunnen eerlijk zijn tegen elkaar. Nu zie ik in wat ik aan Mirella heb. We doen het samen. Zij geeft me advies en dan doe ik het zelf.
Mijn buurt
Nu zit ik nog in de nasleep van de verhuizing, ik woon hier pas. Ik ben nogal een pietje precies, dat geeft bij dingen als verhuizen iets meer stress. Voor de inrichting heb ik een moodboard gemaakt hoe ik het wil hebben. Want dat weet ik heel goed.
De buurt is perfect, met allemaal van die typisch Amsterdamse huizen, het voelde meteen als mijn buurt.
Gewoon normaal
Eigenlijk zijn er twee N.’s. De ene staat op tijd op, haalt een idee voor een verantwoord ontbijtje online, zeg maar, type healthy lifestyle. De tweede N. kan uren en uren depressief in bed blijven liggen en tot niks komen.
Als ik hier eenmaal ben gesetteld, is therapie mijn eerste stap, ook al heeft dat me tot nu toe niet veel geholpen. Welke gedragstherapie, dat weet ik nog niet. In ieder geval wil ik alle tips en trucs leren die me kunnen helpen om meer grip op mijn bestaan te krijgen en een gewoon leven te leiden. Ik wil me gewoon een normaal kind voelen.
Spiegel
School heb ik grotendeels gemist. Ik wil het gevoel hebben dat ik wat zinvols doe met mij leven, iets wat de moeite waard is en leuk. Ik wil leren en werken in een inspirerende en stimulerende omgeving. Een vriendin van mij studeert aan de HvA en ik krijg zo nu en dan mee wat ze doet op haar opleiding, dat inspireert mij.
Mirella houdt mij als het ware een spiegel voor. Dat is soms confronterend, maar dat is juist goed. Want pas als het confronteert, gaat het je kunnen helpen naar je eerste stap richting een oplossing voor jezelf. Dan ga je vooruit.
Zij helpt mij met allerlei praktische dingen. Ze laat bijvoorbeeld zien hoe ik beter om kan gaan met dingen die moeilijk zijn, of die ik moeilijk vind.
Oude ziel
Ik heb geen idee wat voor werk ik later wil gaan doen. Misschien iets richting hulpverlening aan jongeren, maar iets met beauty heeft ook wel wat. Styling, interieurinrichting, lijkt me een leuke opleiding. Totaal verschillende dingen. Ik kan het gewoon nog niet beantwoorden.
Wat ik wel weet, is dat ik niet in Amsterdam blijf wonen. Geef mij maar een dorp, liefst ergens in het oosten van het land. Daar voelde ik me altijd helemaal op mijn gemak als een tweede huis.
Lekker in een dorp wonen dus, geen drukte maar rust. Met een klein schooltje voor de kinderen. Mensen zeggen wel eens dat ik een oude ziel heb en dat geloof ik graag.’