Verhalen

‘Kom in beweging!’

15 oktober, 2019

Rob Blokzijl, sinds de oprichting persoonlijk begeleider bij het Martien Schaaperhuis van HVO-Querido, gaat met pensioen. Dat had hij jaren geleden al kunnen doen, maar hij heeft er bewust voor gekozen om tot zijn 68ste door te werken. Want ‘door je werk blijf je betrokken bij de maatschappij,’ aldus Rob.

Rob Blokzijl (1952) weet wat werken is, want hij doet het al vanaf zijn twaalfde jaar, als hij als leerling naar de zeevaartschool gaat in Delfzijl voor een opleiding in de praktijk.
‘Je werd daar opgeleid tot wat ze maritiem officier noemen,’ vertelt Rob, ‘maar in de praktijk ben je gewoon matroos hoor. Je leert het vak al werkend en aan boord kun je vervolgens steeds meer papieren halen.
Ik begon op de grote vaart en voer met mammoettankers de wereld over. Dat is veel minder romantisch dan je denkt. Je bent vooral aan boord en meert aan bij vage terminals. Ver van de bewoonde wereld, met eindeloze lange steigers, ziet Houston er net zo uit als Soerabaja. Het was net een fabriek en ik voelde me meer een boekhouder dan een zeeman. Daarom ben ik overgestapt, eerst naar de kunstvaart en later naar de internationale binnenvaart, dat is het mooiste. Ik voer vooral naar Oost-Europa. Ik was ook veel en lang weg, soms wel zeven maanden achter elkaar. Maar daarna ben je ook drie, vier maanden vrij.

Tijd voor iets anders

Op een gegeven moment was ik de dertig gepasseerd en dacht ik: als ik nu niet verander, dan verander ik nooit meer. Ik zag in die tijd een advertentie voor penitentiair inrichtingswerker en daar heb ik op gereageerd. Ik had geen enkele illusie dat ik zou worden aangenomen. Er was veel werkeloosheid, het ging om acht banen en er waren ruim 500 kandidaten. Maar gek genoeg werd ik uitgenodigd voor een tweede gesprek, dat was in de Havenstraat, hetzelfde pand waar we jaren later met HVO-Querido hebben gezeten voor de winteropvang, en toen hebben ze de vergissing begaan om mij aan te nemen. Dat heb ik ruim twaalf jaar gedaan. Ik zat het liefst bij afdelingen die als “moeilijk” te boek stonden, zoals de FOBA (forensische observatie en begeleidingsafdeling, red.) in de Bijlmerbajes. Toen werd dat allemaal heel beheersmatig en sober en ben ik weggegaan.

Open dag Martien Schaaperhuis 2008

Vrijburg

Ik werkte heel even bij het Leger de Heils en kwam kort daarna bij HVO-Querido. Dat is nu vijftien jaar geleden. Ik begon als begeleider bij Vrijburg aan de Ruysdaelkade toen dat nog een zogeheten sociaal pension was. Dat was een oude bende qua behuizing en inrichting, ik schaamde me bijna dat ik daar moest werken, dat kon echt niet meer. Het werk zelf vond ik gelijk leuk, je was redelijk vrij om je eigen plan te trekken met bewoners.

Voor het Centraal Bureau, 2009

Martien Schaaperhuis

Ik heb het niet afgewacht, ik bepaal het liever zelf. Dus vlak voordat Vrijburg dicht ging, heb ik me in 2008 aangemeld voor het Martien Schaaperhuis, dat waren ze toen nog aan het bouwen. Eerst was ik begeleider van de mensen hier in huis, al snel ben ik me samen met collega Rob Keizer, hij werkt nu bij BW Zuid, meer gaan richten op buiten. Samen met Ambulant team Noord hebben we op IJburg satellietwoningen opgezet. Ik ben altijd sterk gefocust geweest op de buitenwereld. Wij werkten al wijkgericht toen dat nog niet in zwang was. Je woont en werkt in een wijk, dan moet je er ook op uit in die wijk. Ik houd van het kleine, dus zoek niet alleen aansluiting met organisaties die in de buurt actief zijn, zoals Dynamo, maar werk ook samen met winkeliers, een sportschooltje en een kerk. Werk fijnmazig en met je omgeving.
Ook heel belangrijk, doe het samen met de cliënten. Zij moeten er iets aan hebben, het gaat niet om mij. Als het even kan probeer ik er bij contacten tussen onze bewoners en de buurt zo gauw mogelijk tussenuit te gaan, ik hoef daar echt niet altijd bij te zijn. Bewoners zijn meestal mans genoeg om dat zelf te doen.

Keuken Martien Schaaperhuis, 2012

OR

Ik ben niet in de Ondernemingsraad gegaan omdat ik het zo belangrijk vond om de organisatie in alle facetten te leren kennen, of dat soort praatjes, maar simpelweg omdat ik vond dat ik wat zinnigs bij te dragen had. Ik heb me in de OR vooral op de arbeidsomstandigheden gericht. We hebben onder meer de commissie VGWM, veiligheid, gezondheid, welzijn en milieu, opgericht. Ik heb altijd een hekel gehad aan strijd, je moet het samen doen, in goed overleg. Als het echt nodig is, wil ik best op de barricaden staan, dan ga ik het gevecht heus niet uit de weg, maar goed samenwerken is altijd beter. En dat kan bij HVO-Querido ook prima. Het is de beste werkgever die ik ooit heb gehad.
Ik ben er trots op wat we als OR met de technici hebben bereikt. Er was het plan om die functies op te heffen, wij hebben ervoor gezorgd dat ze konden blijven als huismeester. Maar op een gegeven moment hoorde ik mezelf steeds weer dezelfde dingen zeggen, toen ben ik uit de OR gegaan, in 2015 was dat.

In het bos met het Martien Schaaperhuis, 2016

Vrij

Wat ik heb geleerd? Ik heb bij HVO-Querido vooral dingen afgeleerd. Ik weet bijvoorbeeld dat het niet altijd op mijn manier hoeft te gaan. In mijn contact met bewoners weet ik nu dat je niet altijd een hele professionele houding hoeft te hebben. Wij vragen bewoners voortdurend het hemd van het lijf, en als ze dan eens iets terug vragen over mij, ga ik me niet verschuilen achter een beroep op privacy.
In de loop der tijd ben ik vrijer geworden in de omgang met processen en protocollen. De cliënt staat in het centrum, niet de regels.

Barbecue met bewoners, 2018

Beter communiceren

Ik maak me wel eens zorgen over onze communicatie met cliënten. Je moet beseffen dat er best wat mensen tussen zitten met een licht verstandelijke beperking en veel mensen die laaggeletterd zijn. Ik schat dat zo’n 30% van onze bewoners slecht kan lezen. Toch is een brief vaak ons standaardantwoord. Dat is niet alleen in de zorg zo, maar ook bij de gemeente en bij de woningbouwvereniging.
Zo praat je langs elkaar heen en dat leidt soms tot onnodige agressie. Wij praten haast vanzelf in vaktaal. Probeer het eenvoudig te houden. Zeg “geld” in plaats van “financiën.”
Wij moeten meer mondeling doen dan schriftelijk, meer in kleine stukjes dan in zijn geheel. Soms jassen we er in een keer een begeleidingsovereenkomst doorheen, want dan zijn wij gedekt. Terwijl de goede verstaander merkt, dat de cliënt na tien minuten afhaakt. We moeten ook meer werk maken van visuele communicatie, korte filmpjes, tekeningen.

Uitje met bewoners naar het Muiderslot, 2019

Ontwikkelen

Ik houd van werken. Regelmatig heb ik twee banen tegelijk gehad. Toen ik bij HVO-Querido begon, werkte ik bijvoorbeeld ook in een kliniek bij Arkin. Soms ontmoette ik mensen die ik nog uit het gevang kende, in de kliniek zag en later bij HVO-Querido tegenkwam. Je leert overal wat van. Ik ben dan ook een grote fan van de afdeling O&O (Opleiden & Ontwikkelen), ik heb al heel wat cursussen en opleidingen bij ze gevolgd. Ik ben ook fan van opleidingsinstituut RINO. Dat doen veel collega’s te weinig, nascholen. Je kunt bijna alles wat je leert goed in je werk gebruiken, alles komt van pas.

Afscheidsetentje met (oud)bewoners, 2019

Zelf moeite doen

We moeten bewoners niet teveel pamperen. Ik wil bijvoorbeeld met alle liefde voor bewoners een bijdrage aanvragen bij het Fonds Bijzondere Noden Amsterdam, maar laat eerst maar zien dat je er zelf ook iets aan doet. Al spaar je maar een piepklein bedrag, dat is niet erg, maar doe moeite, kom in beweging. Te vaak lees ik in een overdracht iets als: het is niet gelukt om een afspraak te maken bij de gemeente. Niet gelukt? Die bewoner is gewoon niet gegaan en in zijn bed blijven liggen.

Rob Blokzijl, Martien Schaaperhuis, 2019

Opleven

Ik heb nu twee keer een jaar bijgetekend, maar nu is tijd voor wart anders. Soms begint een bewoner een verhaal en dan weet ik hoe het afloopt. Dat moet je voorkomen.
Na mijn pensioen ga ik niet stilzitten. Ik sport ik vijf dagen per week, dat moet wel vanwege mijn artrose. Verder ga ik bij een haventje werken aan de Diemerzeedijk als manus-van-alles. ’s Winters twee dagen en zomers drie.
Ik ga nu eerst voor de laatste keer met bewoners op vakantie, maar Ibiza, dat is leuk hoor, je ziet mensen veranderen en opleven als ze er even uit zijn, en dan is het klaar.’

Deel dit verhaal:

Meer lezen?

Bekijk dan al onze verhalen.