Verhalen

Bibliotheek Boerhaave

10 juli, 2007

Bob Nottelman (1946) groeit op in West Friesland en woont meer dan dertig jaar in de Amsterdamse Watergraafsmeer voordat hij dakloos raakt. Inmiddels verblijft hij sinds maart in het passantenhotel van HVO-Querido aan de Tweede Boerhaavestraat bij het Oosterpark, waar hij onder meer de bibliotheek beheert.

Bob Nottelman: ‘Ik had samen met mijn vriendin een bedrijfje. Schilderijen, film, fotografie, videoclips, we konden er aardig van leven. Die relatie ging uit en ik raakte in 2003 mijn huis kwijt. Gelukkig zijn mijn spullen in de opslag. Dat had niet veel gescheeld, we waren net begonnen met verhuizen toen de ontruimingsstoet met de deurwaarder, zijn handlangers en de politie mijn straat binnenreed. Dan mag je doorgaan met verhuizen, dat schijnt een regel te zijn.

Op drift

Ik had geen geld, geen uitkering, en ik raakte op drift. Veel later zei iemand me: je moet eens bij de Nieuwezijds Voorburgwal binnenlopen. En nu zit ik hier. Ik had nog nooit van HVO-Querido gehoord. Toen ik net dakloos was, wist ik niet dat er zoiets als een passantenhotel bestond. Sterker nog, als je mij vier jaar geleden had verteld dat ik dakloos zou worden, had ik je vierkant uitgelachen. Nu weet ik dat je met mijn doelgroep, zoals dat heet, wel drie huizen kunt vullen.

Bob Nottelman in de bibliotheek van het passantenhotel

Bob Nottelman in de bibliotheek van het passantenhotel

Boeken

Ik bemoei me met de bibliotheek hier op zolder omdat ik van boeken houd, al heel lang. Ik heb er zo’n 7000 in de opslag. Vooral Nederlandse en buitenlandse literatuur. Het kost een paar centen, maar ik ben dolblij dat ik ze nog heb.
Mijn vader was een oude socialist. Bij ons in het dorp kwam elke week de boekenwagen, dat was een verworvenheid van de socialisten. Om het volk te verheffen moesten de arbeiders lezen. Wij hadden thuis geen boeken, daarvoor waren we veel te arm. Maar we leenden en lazen er tien per week. Serieuze kost, Donald Duck mocht niet, Wampie van A. den Doolaard was het meest frivole dat er bij zat.


Wat te lezen?
tips van Bob Nottelman, bibliothecaris Passantenhotel
1 Het kind in de tijd – roman, Ian McEwan
2 Biografie van Coco Chanel, door Axel Madsen – ‘fantastisch, die vrouw heeft haar hele leven bij elkaar gelogen’
3 Haat is een deugd, ijzersterke brieven van Flaubert

Presentatie

Ik las laatst in een of andere boekenbijlage over de verschillende manieren waarop mensen hun boeken rangschikken. Op alfabet, op taal, chronologisch en zelfs op grootte en kleur. Ik doe het hier op onderwerp. Thrillers, geschiedenis, Nederlandse en buitenlandse literatuur, reisboeken, kookboeken, boeken in het Engels dat soort categorieën. Ik blijf een beetje een dominee, een Freek de Jonge, ik vind dat mensen meer moeten lezen en dat zeg ik ze ook. Wordt het niet eens tijd dat je een boekje leest? Wie leest doet niemand kwaad en het ontspant fantastisch.
Deze bibliotheek moet nodig worden opgeschoond. Er moet het nodige weg en er moeten vooral veel nieuwe, mooie boeken bij. Boeken van nu, die er aantrekkelijk uitzien. Dus wie knappe boeken over heeft, breng ze langs bij het passantenhotel. En dat zou dan ook uitnodigend moeten worden gepresenteerd. Zodat je een boek pakt, gaat zitten en leest. De ruimte leent zich er prima voor.

Dezelfde shit

Het is alleen de pest dat je nergens mag roken. We hebben hier een prachtig restaurant annex gemeenschappelijke ruimte. Maar er zit haast niemand, want je mag er niet roken. En iedereen rookt. De mensen blijven op hun kamer, terwijl je veel aan elkaar kunt hebben, je zit tenslotte in dezelfde shit. Alles wat ik weet van overleven als dakloze heb ik van cliënten geleerd.
Het kost nogal wat moeite om hier binnen te komen. Je moet hier veel zelf doen. En het is natuurlijk geen hotel, het is een daklozenopvang.

Lof

Het is prachtig dat het bestaat hoor, begrijp me niet verkeerd, maar het zouden allemaal eenpersoonskamers moeten zijn. Ik slaap met vier man op een kamer, er is altijd gezeik over de tv. Je hebt nooit echt rust, je hebt weinig privacy. Er slaapt altijd wel iemand op de kamer, want veel mensen werken in ploegendienst. Je voelt je betutteld.
Overigens voor de begeleiding niets dan lof hoor, ik heb hier nog niemand zonder woning zien vertrekken, ze doen alles voor je.
Ik heb een dochter, Sanne, die ik regelmatig zie, kijk hier die tatoeage.’

Deel dit verhaal:

Meer lezen?

Bekijk dan al onze verhalen.