Nieuws

Weer moed in de Boerhaave

10 oktober, 2022

Dit jaar viert Passantenhotel Boerhaave van HVO-Querido in de Tweede Boerhaavestraat alweer zijn twintigjarige jubileum. Edgar Nijman is er sinds deze zomer van de gasten. Hij vertelt hoe hij in het hotel terecht is gekomen, wat het hem brengt en hoe hij de toekomst ziet.

‘Een echte Amsterdammer ben ik, geboren en getogen,’ vertelt Edgar Nijman (1961) in de tuin van het Passantenhotel. ‘Geboren in het Wilhelmina Gasthuis, daarna in De Pijp gewoond, toen even bij mijn tante ingewoond in de Bijlmermeer. Daarna woonde ik lange tijd in Zuid, in de Cornelis Krusemanstraat. Zuid is nog steeds mijn favoriete plek in Amsterdam. Mijn beste vriend, Iwan, was daar mijn buurjongen. We zijn nu vijftig jaar vrienden, dat is bijzonder en waardevol.

Sleutelkind

Eigenlijk moet je mij Edgar junior noemen, want ik heb dezelfde naam als mijn vader. Mijn vader was eerst boekhouder. In Nederland ging hij studeren en werd andragoog. Mijn moeder was revalidatiearts. Ik had het heel goed, ik heb nooit honger gehad. Wel altijd trek, haha.
Mijn ouders waren altijd druk aan het werk voor anderen. Uit roeping. Ik was een sleutelkind, overal in huis lagen briefjes: je eten staat daar, je zakgeld ligt hier. Maar ik kwam nooit iets te kort, ik heb het altijd goed gehad. Ik kreeg veel zakgeld, ook al vond ik dat toen altijd te weinig.

Edgar op de binnenplaats van Passantenhotel Boerhaave

Edgar op de binnenplaats van Passantenhotel Boerhaave

Zwerfhonden

Opleiding? Eerst heb ik mavo gedaan, toen havo, maar dat heb ik niet afgemaakt. Toen mbo sociale dienstverlening en hbo facility management. En natuurlijk tal van trainingen en cursussen. Als kind wilde ik dierenarts worden. Dat kwam ook door tv-series als Daktari en zo. Ik houd van dieren, het meest van honden, ik heb er verschillende gehad. Mijn favoriet was de Hollandse schapendoes. Op vakantie in Suriname werden ze gek van me, want ik kwam altijd met zwerfhonden aanzetten. Ik kon er niks aan doen, ik houd van honden.

Werk

Werk? Nou, ik heb van alles gedaan. Zo heb ik als kok gewerkt en als administratief medewerker. Chauffeur ben ik geweest en beveiliger bij festivals. Groepsleider bij Huize Middelveld van het Leger des Heils, dat is een tehuis voor jongeren. En bij het SaC, het Sociaal-agogisch Centrum. Bij Huize Paloeloe in de Van Eeghenstraat, dat was speciaal voor Surinaamse en Antilliaanse jongeren. Verhuur- en projectmedewerker bij een woningbouwvereniging. Mijn laatste werk was zakelijk leider bij buurtcentrum Reigersbos.

Passantenhotel Boerhaave

Passantenhotel Boerhaave

Herkansing

Op 10 oktober 2004 beleefde ik een bijna fataal moment. Van twee hoog ben ik naar beneden geflikkerd, ik zeg het maar zoals het is. Wekenlang heb ik in coma gelegen. Als je aan een zijden draadje hangt, begrijp je pas hoe kwetsbaar het leven is. Van alles en nog wat had ik. Mijn lijf rammelde aan alle kanten. Daarna begon mijn herkansing. Toen begon ik te leren om mijn beperking te beperken. De mensen van het revalidatiecentrum aan de Overtoom zijn fantastisch. Ze zeiden meteen: get a life, de ouwe word je toch nooit meer. Dat vond ik heel verfrissend.

Muziek als redding

Maar mijn leven lag natuurlijk wel in duigen. Ik stond op het punt om een eigen sportschool te beginnen. De statuten lagen al klaar. En plotseling kon ik bijna niks meer. De eerste keer dat ik weer tv kon kijken, was Theo van Gogh net doodgestoken. Wat een wereld!
Wat ik nog wel kon tijdens de revalidatie, was luisteren naar mijn favoriete muziek. Muziek is passie, muziek heeft mij er doorheen gesleept. Earth, Wind & Fire, George Benson, Maze, Al Jarreau. Als ik dan meespeel met mijn percussie en ik doe mijn ogen dicht, dan heb ik het gevoel dat ik live meedoe. Dat is een tic van mij.

Passantenhotel Boerhaave, eetzaal

Passantenhotel Boerhaave, eetzaal

Delen

Als liefhebber heb ik een uitgebreide verzameling digitale muziekbestanden. Die liggen nu in de opslag op externe harde schijven. Mijn muziek deel ik ook hoor, via Spotify en zo. Delen is beter dan hebben, dat heb ik van mijn ouders. Delen is ook connectie maken. Zo ben ik over de hele wereld te beluisteren. Het is gewoon leuk om je in muziek en muzikanten te verdiepen. Als je bijvoorbeeld weet dat Luther Vandross eerst de backing deed bij Roberta Flack, dan vallen dingen een beetje meer op hun plaats, dan kun je er nog meer van genieten.

Radio

Zelf heb ik een paar jaar radio gemaakt bij Mart, Multiculturele Amsterdamse Radio en Televisie. Dat begon heel gek. Als chauffeur bracht ik een paar jongens, een rapper en een tapdanser, naar de studio en op een gegeven moment vroeg Hans Dulfer, de host, aan mij: Edgar, wat vind jij ervan? Toen moest ik wel iets zeggen natuurlijk en was ik meteen verkocht. Muziek is een uitstekende drager van je boodschap.

Kinderen

Ik ben nooit getrouwd geweest, maar ik heb wel relaties gehad. Drie kinderen heb ik, twee zonen en een dochter. Zij worden dit jaar 35, 30 en 29 jaar. Twee kinderen zijn muzikant. Mijn dochter zingt in een salsaband, echt heel goed, en een zoon speelt in een grote drum- en showband. Hij toert door heel Europa. Gelukkig heb ik nog altijd veel contact met ze. Het klinkt misschien gek, maar mijn kinderen zijn goede vrienden van me. We maken altijd grappen en grollen. En ze kunnen het ook alle drie goed met elkaar vinden, dat is ook een schaars goed tegenwoordig.

Passantenhotel Boerhaave, binnenplaats

Passantenhotel Boerhaave, binnenplaats

Ontruimd

Op oneigenlijke wijze ben ik mijn huis in De Pijp kwijtgeraakt. Ik kan er niet veel over zeggen omdat er nog procedures lopen. Er zijn fouten gemaakt, onder meer rond betalingen, ik ben er nog niet klaar mee. Maar toen de deurwaarder en de politie op de stoep stonden, kon ik het niet meer betwisten en ben ik ontruimd. Ik houd meer van backgammon, maar in het contact met instanties moet je ook kunnen schaken.

Love will do

Daarna ben ik naar mijn oude kamertje verhuisd, bij mijn vader, die nog altijd in de Cornelis Krusemanstraat woonde. Weer in mijn oude buurtje. Helaas is mijn vader op 3 september 2017 overleden. Wat schetst mijn verbazing? Dezelfde woningbouw waarmee ik een akkefietje had in De Pijp bleek de verhuurder van onze woning te zijn. Toen ben ik een procedure gestart om daar te mogen blijven wonen, maar in januari 2020 moest ik eruit. Toen ben ik naar mijn moeder gegaan die inmiddels in Rotterdam woonde. Zij overleed in februari 2022. Ik heb op haar begrafenis gezongen. Try a Little Love van Oscar Harris, because love will do. Dat gaat niet toevallig over een teaching over een vader en een moeder.

Postadres

Toen stond ik op straat, in de twilight zone. Mijn spullen zaten in de opslag bij Shurgard en ik sliep op straat daar in de buurt. Dat geeft minder stress als je wet dat je spullen veilig zijn en dat je erbij kunt. Op een gegeven moment stond ik ingeschreven met een postadres bij HVO-Querido aan de Ringdijkstraat. Dat is echt je redding als dak- en thuisloze, dat je toch post kan krijgen. Hele aardige dames daar achter de balie, trouwens.

Passantenhotel Boerhaave, bed

Passantenhotel Boerhaave, bed

Lotgenoten

Zo is het balletje gaan rollen. Ik kreeg een aanbieding om hier te gaan wonen aan de Tweede Boerhaavestraat. Eerst was ik niet helemaal blij, want in het begin moet je een kamer delen. Maar nu heb ik een eigen kamer. Na vijf jaar heb ik eindelijk weer een ruimte voor mezelf, mijn eigen privé. Grof gezegd, ik kan nu weer een scheet laten wanneer ik zelf wil. Nu pas kan ik ook tot rouwverwerking komen. Mijn kinderen zijn gerust dat ik weer onder dak ben. Zij baalden ook als een stekker.
Wat je hier sterkt, is dat je bij elkaar zit met lotgenoten. Iedereen met zijn eigen background, maar je hebt wel steun aan elkaar. Gedeelde smart is halve smart. Het klinkt een beetje raar, maar we zijn hier een soort familie geworden.

Maatje

Graag wil ik aan al deze ongein over mijn woon- en verblijfsperikelen toevoegen dat ik heel veel steun heb gehad van Iwan, mijn beste vriend. Door dik en dun. Ook mentaal. Dat is onbetaalbaar. Hij belt vaak, hij toont echt belangstelling. Hé, hoe gaat het? Heb je genoeg geld? Wat kan ik doen? Als ik het niet meer zag zitten, dan was hij er. Dat geef ik als tip mee: zorg dat je een maatje hebt, een klankbord. En wees eerlijk tegen hem of haar. Dan krijg je antwoorden waar je echt iets aan hebt.

Passantenhotel Boerhaave, kamernummer

Passantenhotel Boerhaave, kamernummer

Op orde krijgen

Zoe, een begeleidster hier in de Boerhaave, is een heel bijzonder mens. Zij is heel open, ze maakt met iedereen een praatje. Ze stelt je op je gemak. Je komt makkelijk met haar in contact. Ik heb hier ook een contactpersoon. Hij helpt me om de dingen weer op orde te krijgen. Ik heb mijn persoonlijke administratie uit de opslag gehaald. Nu breng ik daar chronologie in aan en dan via een stappenplan weer verder. Kort gezegd, de Tweede Boerhaavestraat nummer 80 geeft mij weer moed! Zo is het.

Pluim

Het eten is hier goed. De mensen ook, ze verdienen echt een pluim Ze houden rekening met iedereen, ze bewaken je privacy en ze gaan respectvol met je om.
Ik had wel eens in het OLVG gelegen, maar verder kende ik Oost niet. Het is niet ongezellig, maar eerlijk gezegd ga ik meestal met de tram naar Zuid. Daar ben ik in mijn element.

Passantenhotel Boerhaave

Passantenhotel Boerhaave

Kostbaar

Natuurlijk had ik nooit gedacht ooit dakloos te raken. Het fijnste vond ik altijd als mijn kinderen op bezoek kwamen, dat ben je dan kwijt. Het voelt als onrecht, een douw na. Als dakloze voelde ik me behoorlijk in mijn identiteit aangetast. Je ziet mensen kijken en denken: je zult het er zelf wel naar gemaakt hebben. Daardoor kruip je in je schulp.
Op straat begon ik me pas te realiseren wat een kostbaar bezit een woning is. Je hebt op straat geen wc, geen kraanwater, geen douche, geen warmte en geen beschutting.

Doorgaan

Pluk de dag, zei mijn vader altijd. Als je in de goot zit, is er nog maar één optie en dat is klimmen, anders verdwijn je in het riool. Zolang ik leef zie ik de toekomst positief. Ook door de muziek. That’s the way of the world, a child is born with a heart of gold, zongen Earth, Wind & Fire al in 1975. En zo is het. Je gaat door, ook daarin ben ik recalcitrant. Een andere vriend van mij zegt altijd: Ed, de aanhouder wint. Opgeven is geen optie.
Het liefst zou ik ergens op mezelf wonen in Amsterdam. Verder heb ik alles wat mijn hartje begeert.’

Deel dit bericht:

Meer lezen?

Bekijk dan al onze berichten.