Gitarist Pascal Keyzer is een van de muzikanten die deelnemen aan de vijfde editie van KWIK op 15 november in Panama. Hoewel hij al zijn hele leven hartstochtelijk van muziek houdt, dacht hij altijd dat een plek op het podium niet voor hem was weggelegd. Hij kreeg echter het vertrouwen van de band om zich eens een flink uit te leven op zijn gitaar.
Pascal Keyzer (1960) is geboren en voor de helft getogen in Amsterdam. Hij groeide op in De Pijp en Oud-Zuid en woonde in zijn jonge jaren door de hele stad. Nu is hij weer terug in de Stadionbuurt.
‘Ik kom uit een raar nest,’ vertelt Pascal, ‘mijn vader ken ik bijvoorbeeld niet. Ik weet alleen dat het een Amerikaanse piloot was, meer niet. Turbulente jeugd gehad, veel in tehuizen gezeten. Bij mijn geboorte heb ik de verkeerde kaarten gekregen.
Zorgen
Geen enkele opleiding afgemaakt, ik ben vroeg aan het werk gegaan. Ik heb mezelf altijd heel goed kunnen redden, een goed inkomen gehad ook. Effecten, in de groothandel, in de reclame noem maar op. Met een auto, en zelfs een eigen paard, alles leek ogenschijnlijk goed te gaan. Ik werd vader van een mooie dochter en na vier jaar gingen haar moeder en ik uit elkaar. Samen maken, samen zorgen, zeg ik, maar zij kon dat niet dus toen ben ik heel lang alleenstaande vader geweest. Ik deed alles voor mijn dochter en met veel plezier. Zij is nu 27.
Studio
Nu lijkt het of ik daar allemaal een beetje nonchalant over praat, maar een tijdje geleden is dat verleden van mij me toch teveel geworden en zo ben ik bij de GGZ terechtgekomen. En zo uiteindelijk ook weer bij de muziek. Joyce, mijn begeleidster bij MEE Amstel en Zaan, een geweldig mens, daar heb ik zoveel aan gehad, wees mij op het bestaan van Studio Underground van HVO-Querido. Zij vond het echt iets voor mij en dat is ook zo. Via Andy Grunberg van de studio ben ik bij Kwik gekomen.
Eerste gitaar
Zoals veel mensen hield ik vooral passief van muziek. Als kleine jongen stond ik vaak op een tennisracket met de radio te spelen. Mijn oor trekt altijd naar de gitaar. In militaire dienst zat ik met een jongen op de kamer die een gitaar had, een akoestische gitaar. Geweldig vond ik dat. Tijdens mijn eerste verlof heb ik meteen zelf een gitaar gekocht, bij Hampe geloof ik. In 1980 heb ik mijn eerste elektrische gitaar gekocht, bij Dijkman op de Rozengracht. Die gitaar heb ik nog altijd.
Souplesse
Dan hoor je een nummer en dan denk je: als ik dat kan, dan kan ik gitaar spelen. Onzin natuurlijk, je ontdekt al snel dat je er dan nog steeds niks van kunt. Ik ben ooit heel kort op les geweest, maar daar leerde ik alleen noten, terwijl ik juist gitaar wilde leren spelen. Je vingers moeten in beweging zijn, souplesse is heel belangrijk. Neem nu Steve Vai, ooit gitarist bij Zappa, hoe die man speelt, dat is geweldig, dat is alleen al mooi om naar te kijken.
Echte muziek
Ik houd het meest van wat ik voor het gemak maar even “oude hippiemuziek” noem. Dat is mijn muziek. De Beatles, Deep Purple, Led Zeppelin, Frank Zappa, Bob Dylan, de begintijd van Rush. Echte muziek. Naar mijn smaak wordt er nu veel teveel gesampled. Het eerste singletje dat ik kreeg was ‘She likes weeds’ van Tee Set, echt een gitaarnummer hè. Mijn eerste elpee, die kocht ik zelf, was van Rory Gallagher. Helaas heb ik al mijn platen moeten verkopen uit geldgebrek. Dat was echt met pijn in mijn hart, want je verkoopt ook je herinneringen. Ik heb nu een bewindvoerder. De eindjes aan elkaar knopen, vind ik niet zo erg, maar dingen moeten verkopen die je dierbaar zijn, dat is zuur.
Ontwikkelen
Muziek is voor mij de ultieme afleiding, misschien wel een soort therapie. Ik heb er nu weer mijn tanden in gezet en ik blijf aan de weg timmeren. Het is het vlammetje dat nog een beetje aan is in mij. Als ik dit loslaat, heb ik niks meer, dan ben ik verloren. Muziek helpt mij, dat is positief.
Bij Kwik kan ik me verder ontwikkelen. Ik ben een nogal onzekere gitarist, maar zij hebben vertrouwen in mij. Niet voor niets betekent Kwik ook: Kijk Wat Ik Kan. In deze show speel ik in heel veel nummers mee en ik mag zelfs een solo doen, even shinen. Mijn hele leven heb ik gedacht dat zoiets nooit voor mij was weggelegd, performen op een podium. Mijn solo zit in ‘No More Mr. Nice Guy’ van Alice Cooper. Een gitaarnummer dat bij mij past. Niet alleen vanwege de mooie riff, het zegt iets over mij. Nu kom ik voor mezelf op.
Happening
De onderlinge chemie van samen muziek maken is heel bijzonder. Samen puzzelen aan een nummer, op een volwassen manier met elkaar omgaan. Je moet niet bang zijn voor kritiek en met elkaar blijven praten, je speelt in dienst van de band. In het begin klinkt het naar niks en aan het eind lukt het wel. Ik wil veel vaker samen gaan spelen.
Ik hoop dat het een volle boel wordt in Panama. Muziek betekent gezelligheid en sfeer maken doe je samen. Volgens mij wordt het een echte happening.’