Verhalen

Mijn hond trekt me er doorheen

04 oktober, 2022

Hans Kolderman, een geboren en getogen Amsterdammer, is al zijn hele leven dol op honden. Maar pas toen hij clean was, nam hij zelf een hond. Want een huisdier moet volgens hem op nummer één staan, anders kun je er beter niet aan beginnen.

Op dierendag vertelt Hans Kolderman (1966) wat huisdieren, en in het bijzonder zijn honden, voor hem betekenen. ‘Hier woon ik nu sinds drie jaar, lekker tussen het groen,’ vertelt Hans op de bank van zijn woning in de buurt van de Sloterplas. ‘Daarvoor woonde ik zeven jaar in de Waalstraat, ook via HVO-Querido, en via woningruil kwam ik hier.

Zwerven

Vroeger mocht ik geen huisdieren omdat ik astmatische bronchitis heb. Maar dat heeft me er niet van weerhouden. Alles wat ik aan dieren op straat vond zwerven en wat zielig was, nam ik mee naar huis. Toen heb ik een keer een test laten doen bij de huisarts. Wat bleek? Voor veel dingen ben ik allergisch, maar niet voor dieren. Gelukkig, wat ik ben gek op dieren, altijd geweest. Op de lagere school hadden ze bij een vriendje van mij een Duitse herder die ze zat waren. Dus die nam ik ook mee naar huis.

Hans en Spike

Hans en Spike

Nood

Dieren in nood, wat voor beesten het ook zijn, dat kan ik niet aanzien. Dat houdt me enorm bezig. De spinnen in mijn tuin vind ik ook mooi, die laat ik beslist zitten. Als ik een wesp in het water zie spartelen, dan haal ik ‘m eruit en zet hem op het droge. En als ik een gewonde vogel, kat of hond op straat zie, dan bel ik de dierenambulance.

De hond mee

Rond het jaar 2000 kreeg ik mijn eerste hond, een Mechelse herder uit het asiel. Toen woonde ik samen met mijn vriendin, nu mijn ex. Het was onze hond, maar zij was geestesziek. Dus wie laat die hond uit? Wie verzorgt hem? Ik. En naar wie trekt die hond? Precies. Op een gegeven moment zette ze mij het huis uit en ik mocht “mijn” hond meenemen. Eerst ging ik naar mijn vader, die woonde toen begeleid, ook via HVO-Querido. Daar mocht je geen dieren houden. Later ging ik naar mijn zuster in Noord. Wil jij op mijn hond passen? Daar ben ik niet trots op.

Nummer één

Toen heb ik een hele tijd geen dieren gehad. Want mijn filosofie is dat een verslaving voor alles gaat. Dus dan heb je niet genoeg aandacht voor het dier. Dan gaat al je geld naar die verslaving, dan komt een dier tekort. Want als je een huisdier hebt, dan moet dat op nummer één, of in ieder geval heel hoog, op het lijstje staan. Daarom heb ik pas weer een dier genomen toen ik clean was. Ginger, een vuilnisbakkie uit het asiel van zeven jaar oud. Die heb ik nog drie mooie jaren kunnen geven.

Queen, de vorige hond, bij Hans aan de muur

Queen, de vorige hond, bij Hans aan de muur

Bulldog

Daarna kwam Queen, een Old English Bulldog, die was een jaar en zeven maanden toen ik haar uit het asiel haalde. Zij is zes jaar bij me geweest. Ze was op het laatst helemaal op, doorgefokt. Ik moest haar laten inslapen, drie dagen voor Kerst. Dat is niet makkelijk, maar het hoort er helaas bij. Want ellende en pijn wil je ook niet voor je hond. Laatst sprak ik een buurvrouw. Haar hond speelde altijd leuk met Queen en daar hadden we het over. Toen kreeg ik het wel weer even te kwaad. Kijk, dat schilderij daar, dat is Queen.

Altijd enthousiast

Spike, een pittige Amerikaanse Stafford, heb ik nou bijna een jaar. Ook uit het asiel. Waarom zou je geen hond uit het asiel halen? Ze zijn ingeënt, medisch goed nagekeken en het asiel zit altijd vol. Zo maak je een beestje blij. Spike is nu bijna volwassen. Als buiten met hem loop wil ie altijd overal heen, overal aan snuffelen. Altijd nieuwsgierig, blij en enthousiast. Sommige mensen gaan een blokje om als ze mij met Spike zien aankomen. Dat is niet nodig. De Stafford heeft niet zo’n goede naam, maar een hond wordt nooit vals geboren.

Zorgen

De hond staat bij mij op nummer één. Ik zorg beter voor mij hond dan voor mezelf. Een hond geeft je structuur en je hebt iets om voor te zorgen, dat is goed. Je moet hem minimaal drie, vier keer per dag uitlaten, weer of geen weer. Niet tien minuten, maar per keer zeker drie kwartier of een uur. Dat is voor jezelf ook gezond, een beetje buiten wandelen. Af en toe komt er een vrijwilliger van De Regenboog om samen met Spike en mij te wandelen, een wandelbuddy.
Zo maak je ook vanzelf een praatje met de buren en met andere mensen die met hun hond lopen. Al kom je met mooi weer veel meer mensen tegen dan met slecht weer. Dan denk ik: waar zijn al die honden dan als het wat kouder is. Maar goed, een hond brengt je dus een beetje onder de mensen. Anders zat ik hier maar tv te kijken. Dan glijd je langzaam af.

Hans en Spike

Hans en Spike

Er zijn

Een hond geeft voldoening. Je krijgt heel veel liefde van een hond en je bent nooit alleen. Altijd als ik thuiskom, ook al ben ik maar heel eventjes weggeweest, dan is Spike zo blij als wat dat ik er weer ben. Je moet er gewoon zijn voor een hond.
Voor mij werkt het naar twee kanten. Ik ben er altijd voor Spike en Spike is er voor mij. Als ik niet zo lekker in mijn vel zit of me depressief voel, dan trekt mijn hond me er doorheen.

Spaarpotje

Je moet hem eten geven, verzorgen. Of dat duur is? Dat valt best wel mee. Het is net als met alles, je kunt zelf kiezen of je dingen bij de Bijenkorf koopt of bij de Aldi. Meestal koop ik grote zakken voer va twintig kilo op internet, daar doet Spike een maand mee.
Voor de dierenarts heb ik een potje, daar spaar ik elke maand voor. Je hebt ook nog de ADAM-regeling, waarin de gemeente bijspringt als je naar de dierenarts moet. Als je ze goed verzorgt, worden ze niet zo snel ziek. Het is heel simpel, als je het er niet voor over hebt, dan moet je gewoon geen dieren nemen.

Spike

Spike

Denk na

Een leven zonder Spike kan ik me niet voorstellen. Daarom heb ik deze keer ook een jonge hond genomen. Een Amerikaanse Stafford wordt gemiddeld zo’n jaar of tien, elf. Tegen die tijd kijk ik wel verder. Spike was een typische corona-pup. Gekocht in de lock-down. Mensen hebben vaak geen idee wat een hond met zich meebrengt. Zo kwam hij in het asiel.
Ik zeg: denk eerst goed na of je het aankan. En welk dier bij je past. Het gaat niet alleen om jouw plezier. Het beest moet er ook plezier van hebben.’

Deel dit verhaal:

Meer lezen?

Bekijk dan al onze verhalen.