‘Ik was een van de eersten die een woning kreeg via Housing First,’ vertelt André Kelders (1962), ‘en bijna tien jaar later woon ik hier nog steeds.
Hier vlakbij ben ik opgegroeid, in de Griseldestraat. Mijn vader was jarenlang voorzitter van de speeltuin in Westerpark. Dus ik kende Bos en Lommer al en ook veel mensen hier in de buurt. Ik ben bijvoorbeeld scheidsrechter geweest. Dus als ik naar DWS ga, is het: hé, scheids, kom je weer eens kijken? Zo hoef ik nooit te betalen.
Praatje maken
Misschien moesten de buren in het begin een beetje aan mij wennen. Maar het gaat hartstikke goed. Weet je hoe dat komt? Het is heel simpel, gewoon praten. Je mond open doen als je iemand tegenkomt op straat. Goeiemorgen, goeiemiddag. Hoe gaat het met jou? Ik praat met iedereen. Een kusje op het hart kost helemaal niks. En iedereen vindt dat prettig.
Als familie
In elke buurt zit wel een aso, maar hier wonen allemaal lieve mensen. Ik voel me sowieso gelijk aan iedereen. Niemand is minder of beter dan een ander. In de marine heb je rangen, hier niet. Ik heb wel geluk gehad met de beste begeleider allertijden. Karin, echt een superwijf. Ik kan alles tegen haar zeggen. Alleen onfatsoenlijke dingen zeg ik niet. Omgekeerd zegt zij ook alles tegen mij. Samen zijn wij een fantastisch team, zij heel rustig, ik superdruk. Ik weet het natuurlijk wel, maar het voelt voor mij niet alsof het haar werk is, het voelt als familie. Heel dichtbij en vertrouwd. Van haar heb ik leren relativeren. Misschien heeft ze van mij ook wel iets geleerd. Doorzetten, niet opgeven. Misschien. Maar dat moet je aan haar vragen. Ik ga mezelf niet lopen prijzen, ik ben geen haantje, ik ben geen pauw.
Geen probleem
Ik heb geen alcoholprobleem. Wat je mij ook voorzet met alcohol, ik drink het zonder problemen op, haha. Misschien komt het door mijn moeder, zij is geboren in Cork in Ierland en de Ieren zijn grote drinkers. Maar ik weet het niet zeker. Wij hebben een mooie traditie in de familie. Als er ijs ligt, schaatsen we recreatief naar Haarlem en om het hardst terug. Dat wedstrijdje wil je niet verliezen, want wie het laatst aankomt betaalt de barrekening. En ze kunnen allemaal behoorlijk zuipen, de Kelders.
Ken je die film Dropouts? Daar heb ik in gespeeld.’