Meneer Tjoen-a-Choy, een bewoner van Team Zuidoost van HVO-Querido, heette voluit A San Harry, maar de meeste mensen zeiden gewoon Harry. Op straat was Chino zijn bijnaam. Onder die nom de plume verschijnt in 2009 een artikel over hem in het tijdschrift Mainline. En nu is hij overleden. Zijn begeleider Randolph Zaandam haalt herinneringen aan hem op.
‘Harry was in ieder geval onze oudste bewoner,’ vertelt Randolph, ‘en misschien wel een van de oudste van HVO-Querido. Harry is op dinsdag 12 november 2024 op 86-jarige leeftijd overleden. Hij woonde al ruim tien jaar bij ons op de Varikstraat en daarvoor ook op andere locaties van onze organisatie. De laatste twee jaar was ik zijn vaste begeleider en eerder ook al een tijdje.
Paramaribo
Harry is geboren op 30 maart 1938 in Paramaribo. Zijn vader was Chinees, zijn moeder was Javaans. Volgens mij hebben zijn ouders elkaar in Nederland leren kennen en zijn ze samen naar Suriname gegaan. Harry vertelde er wel eens over. Zijn ouders hadden een restaurant en zijn vader beheerde later ook een wooncomplex.
Harry was de jongste van vijf kinderen, hij had broers en zussen. Een van zijn broers was goudsmid en handelde in sierraden.
Opium
In Suriname was Harry getrouwd en had hij een dochter. Maar op een gegeven moment is hij met een andere vrouw, een Hindoestaanse, naar Nederland verhuisd. Dat was in 1971, hij was toen 33. In Amsterdam had hij veel contacten in de Chinees-Surinaamse gemeenschap.
Het is ook niet duidelijk of hij in Nederland verslaafd is geraakt of dat dit in Suriname ook al speelde. Hij vertelde mij wel eens dat zijn vader hem vroeger waarschuwde dat hij van de opium af moest blijven.
Ouder
Dat is niet gelukt. Harry is heel lang verslaafd geweest. Vroeger had HVO-Querido in Zuidoost twee gebruikersruimtes voor verslaafde mensen, de Elsrijkdreef en de Dolingadreef. Dat waren voorlopers van onze huidige vestiging aan het Anton de Komplein. Bij die gebruikersruimten kwam hij als bezoeker. Heel vroeger gingen drugsverslaafden vroeg dood, maar al een tijdje worden ze veel ouder. Zo rond 2009 heeft hij een tijdje in verzorgingshuis De Venser gewoond, bij Strandvliet. Fleerde, een voorloper van ons Team Zuidoost, verzorgde daar de begeleiding voor enkele bewoners met een verslaving.’
Het hierboven genoemde artikel in Mainline, een special over gebruikers op leeftijd, is uit die tijd. Kijk hier om dit artikel te lezen.
Respect
‘Meestal was Harry een rustige, keurige heer,’ vervolgt Randolph. ‘Met zijn haar in een staartje en zijn zonnebril. Hij zat altijd strak in het pak, dat was zijn stijl. Hij was netjes en daar was hij best wel trots op.
Het was toch ook wel een complexe man. En trots. Hij leefde met God, zei hij altijd. Op zijn manier was hij behoorlijk gelovig en hij hield er vrij ouderwetse normen en waarden op na. Hij was altijd heel respectvol naar vrouwen. ‘Wie je ook bent, we komen allemaal uit een vrouw,’ was een van zijn vaste uitspraken.
Stiefzoon
Harry had een stiefzoon met een verstandelijke beperking die bij Amsta aan het Anton de Komplein woont. Daar was hij erg mee betrokken, hij ging er regelmatig naartoe. Hij was trots op die jongen en hij vond het fijn om iets voor hem te kunnen betekenen. De laatste anderhalf jaar was Harry slecht ter been. Toen kon hij niet meer alleen naar zijn stiefzoon gaan, dus gingen een collega of ik met hem mee. Hij ging er minstens eens per maand op bezoek.
Babbelen
Hij zat vol verhalen, vaak vanuit zijn eigen perspectief. Hij vertelde bijvoorbeeld dat hij bij de gemeente had gewerkt. Ik dacht dat dit waarschijnlijk een soort dagbesteding was geweest. Maar nu blijkt dat hij inderdaad elf jaar lang als betaalmeester heeft gewerkt voor de Sociale Dienst in Amsterdam.
Harry kende heel veel mensen in Zuidoost. Als je met hem over de markt liep, werd hij van alle kanten begroet. ‘Hé, pa ben je er nog?!’ Daar genoot hij stilletjes van. Harry was echt een gevoelsmens. Sociaal ook. Hij zei bijvoorbeeld altijd dingen als: wat zie je er netjes uit. Hij kon je ook ’s avonds of in het weekend bellen om even te vragen hoe het met je ging. Even gezellig babbelen.
Tekenfilms
Hij zocht contact. Als er iets was, dan belde hij meteen op. Harry was het tegenovergestelde van een binnenvetter.
De laatste anderhalf jaar zat hij noodgedwongen veel thuis, dan speelde de eenzaamheid hem wel eens parten. Hij hield ervan om naar tekenfilms te kijken, Mickey Mouse, Donald Duck, dat soort dingen.
Verzorgd
Harry was heel kieskeurig met eten. Tot anderhalf jaar geleden maakte hij altijd zelf zijn eten klaar. Hij kookte veel rijst met kip. Harry zorgde best goed voor zichzelf. Hij deed zelf zijn boodschappen, onderweg maakte hij met iedereen een praatje. Hij stopte af en toe om een sigaartje te roken.
Als hij vroeger heel boos was, dan trok hij wel eens een mes. Een vorm van onmacht die we nu grensoverschrijdend gedrag zouden noemen. Als hij was gekalmeerd bood hij altijd zijn verontschuldiging aan. Hij had het niet zo bedoeld en zo. Maar de laatste jaren werd hij niet meer boos.
Laatste reis
Dit jaar heeft Harry nog een reis gemaakt naar Suriname, naar zijn dochter Ilya. Zij was een paar jaar geleden bij hem langs geweest. Eindelijk weer contact met pappie Chino, na dertig jaar. Blijdschap alom.
Op een gegeven moment heb ik weer contact met haar gezocht en daar reageerde zij gelukkig goed op. Harry had zelf het plan om te emigreren, voorgoed terug naar Suriname. Wij zeiden dat hij eerst maar een paar weken op proef moest gaan. Pas achteraf bleek dat hij daar, buiten ons om, toch allerlei dingen voor had geregeld.
Zijn dochter gaf op 5 oktober een groot feest en Harry moest daar bij zijn. Ik heb hem op 26 september op Schiphol afgezet en hij is zelfstandig naar Suriname gevlogen. Het is mooi dat dit nog is gelukt, want het was zijn vurige wens.
Op
In Suriname werd hij echter al snel ziek. Hij heeft er vooral op bed gelegen en in het ziekenhuis. Onder medische begeleiding is hij weer teruggevlogen. Behandeling was moeilijk, zijn gezondheid ging achteruit en hij werd niet beter. Hij kwam in het Amstelland ziekenhuis terecht. Hij was op in feite.
Op 12 november is hij ’s avonds overleden. Ik was die middag nog bij hem geweest. Op 21 november is hij gecremeerd. Zijn dochter was daarbij. Als de as vrijkomt, neemt een van mijn collega’s die in februari mee naar Suriname. Zo gaat hij toch nog terug naar zijn geboortegrond.’
Met dank aan fotograaf Ruud Jonkers en stichting Mainline.