Verhalen

  1. HVO-Querido
  2. >
  3. Verhalen
  4. >
  5. Bijzondere mensen met bijzondere verhalen

Bijzondere mensen met bijzondere verhalen

13 juni, 2025

Ellen Mulder is, na ruim 29 jaar bij HVO-Querido te hebben gewerkt, van haar welverdiende pensioen aan het genieten. Nou ja, helemaal weg is ze nog niet, Ellen blijft voorlopig een dag in de week actief als vrijwilliger bij ons Centrum de Tour, haar laatste werkplek. Wat maakt het werk voor haar zo boeiend?

Ellen Mulder (1958) wordt geboren in een arbeidersgezin in de Saenredamstraat in de Amsterdamse Pijp, maar groeit op in Zaandam. ‘Ik was de jongste van vijf kinderen,’ vertelt Ellen, ‘een nakomertje. Vroeger wilde ik altijd iets op kantoor of in een winkel worden, want dat speelde ik altijd met vriendinnen, winkeltje of postkantoortje.
Ik heb leao gedaan. Een tijdje receptionist geweest en tijd bij Albert Heijn gewerkt, dus toch in een winkel. Vlak na mijn scheiding wilde ik tijdelijk minder uren werken en mijn manager vond dat goed. Maar er stond niks zwart op wit. En toen ik na een tijdje weer meer uren wilde werken, kon dat niet. Er was inmiddels een andere manager en niemand wist meer van onze afspraak.’

Ellen Mulder met een bewoner van Walenburg in 1997, foto Sake Rijpkema

Ellen Mulder met een bewoner van Walenburg in 1997, foto Sake Rijpkema

Stage

‘Toen moest ik dus uitkijken naar ander werk,’ vervolgt Ellen ‘Een keerpunt. Ik had een aanvullende uitkering van de gemeente. Zelf wilde ik graag bloemist worden, maar daar zat volgens de gemeente geen toekomst in. Via de gemeente volgde ik een training, “Vrouw op weg naar werk” of zoiets, en daarbij moest ik met de computer leren werken, leren solliciteren en ergens stage lopen. Juist op dat moment stond er een advertentie in de krant van Walenburg van HVO. Die zochten een stagiair. Chris Bouhuijs heeft mij daar toen aangenomen, het was december 1996.’

Ellen Mulder in 1998 bij Walenburg, foto Mayanne Könst

Ellen Mulder in 1998 bij Walenburg, foto Mayanne Könst

Walenburg
Walenburg is van 1968 t/m 2005 een woon- en opvangvoorziening in de binnenstad voor dak- en thuislozen van HVO-Querido. Een pand met 76 kamertjes bij de Nieuwmarkt. Walenburg groeit uit tot een reeks voorzieningen waar bewoners steeds meer zelfstandigheid hebben. Walenburg was onder meer de thuishaven van het Vuilharmonisch Orkest. Het gebouw aan de Montelbaanstraat 6 in Amsterdam staat er nog altijd. Het is in 1932 gebouwd als Volkslogement van het Amsterdams Bouwfonds. Walenburg wordt sinds 2005 voortgezet als De Rijswijk.

Ellen tijdens een uitstapje met bewoners naar Bloemendal aan zee, 1999

Ellen tijdens een uitstapje met bewoners naar Bloemendal aan zee, 1999

Succesverhaal

‘Die stage van negen weken is van twee kanten goed bevallen,’ vertelt Ellen. ‘Want als ik een opleiding ging doen dan mocht ik blijven. Dat begreep ik wel hoor, ik kwam tenslotte helemaal blanco binnen, het enige dat ik kon was goed met allerlei mensen omgaan. Ik was wat ze nu een zij-instromer noemen. Eerst was het een zogeheten Melkertbaan, later kreeg ik een gewoon vast contract. Daardoor heb ik nog jarenlang praatjes gehouden voor de gemeente Zaanstad. Ik was een van de succesverhalen, van gesubsidieerd werk naar een reguliere baan.’

Familie

‘Het was in het begin soms wel een shock,’ zegt Ellen. ‘Soms dacht ik echt: wat gebeurt mij nou? Dan reden we bijvoorbeeld met de soepbus door de stad, die soep werd in de keuken van Walenburg gemaakt. Frank was de chauffeur, de soep klotste alle kanten op, maar hij was ook verpleegkundige. Dus bij De Vaart, dat heette toen nog Walenburg II, moest hij tussendoor even een vent verbinden wiens been net was geamputeerd. Hilarisch. Dat was mij eerste dag! Maar ik voelde me ook gelijk heel erg thuis bij Walenburg. Het warm en huiselijk, het was net een grote familie.’

Ellen op de trap van Walenburg met onder meer dichter Nick de Zeeuw, alias Winston

Ellen op de trap van Walenburg met onder meer dichter Nick de Zeeuw, alias Winston

Psychiatrie

Ellen met een bewoner van Walenburg, 2004

Ellen met een bewoner van Walenburg, 2004

‘De interactie met de bewoners was hartstikke leuk, ik leerde er heel veel en ik maakte veel mee. Zo kwam ik in aanraking met een hele wereld, daklozen, opvang, verslaving, psychiatrie, waarvan ik eerst helemaal niet wist dat het allemaal bestond. En dat allemaal gewoon in een pension in een straatje bij de Nieuwmarkt.
Officieel is het volgens mij zo dat met de Queridostichting de psychiatrie onze organisatie binnenkwam, maar Walenburg zat er al vol mee hoor. Psychiaters in opleiding kwamen langs bij Theo Meijer om te zien hoe je op een niet-klinische manier met mensen om kon gaan. Ik zie hem nog binnenkomen met zijn hoed. “Goedemorgen lieve mensen,” zei hij altijd. Hij betrok iedereen bij het huis. Hij gaf bewoners taken en verantwoordelijkheid.
Fenneke Voorsluis was onze huisarts. Samen met Theo vond zij ook voor onverzekerde bewoners altijd een oplossing.’

Verhalen

‘Al die bijzondere mensen met hun bijzondere verhalen maken dit werk boeiend en de moeite waard,’ vertelt Ellen. Het is ook heel afwisselend, geen dag is hetzelfde. Bij Walenburg bruiste het altijd.
Er schieten me altijd weer mensen te binnen. Zo hadden we een bewoner, Jan Hendriks, die liep eerst altijd op blote voeten. Bij ons heeft uiteindelijk sloffen aangedaan. Hij wilde ook niet in een bed slapen, hij zette elke avond zijn bed buiten de deur. Het een tijd geduurd voor we hem zover hadden.
Of Slappe Jan, die moesten we altijd uit Café 120 halen op de Zeedijk.
Of Rob Strijker, die liep de hele dag te schelden. “Hoe kom ik gvd uit dit verdomde rattennest,” riep ie dan. Hij had het syndroom van Gilles de la Tourette, wist ik veel.’

Ellen wandelt met Dick Niekus en collega Jessie

Ellen wandelt met Dick Niekus en collega Jessie, 2005

Aan de wandel

Of neem Dick Niekus, een van de laatste bewoners van Walenburg. Dat was zo’n aardige man. Hij hield erg van wandelen. Hij kon z’n geld bewaren voor een treinreis naar een mooie plek om te wandelen. Daar had ik echt bewondering voor. Zelf houd ik ook van wandelen, dus ik ben een paar keer met hem meegelopen. Dan krijg je onderweg vanzelf goede gesprekken. Wandelen werkt beter dan tegenover elkaar aan een bureau zitten.
Er zijn zoveel bijzondere mensen geweest, ik kan er uren over vertellen.’

Veilig

‘Het grappige is: op de Zeedijk, die destijds gold als de gevaarlijkste straat van Nederland, heb ik me nooit onveilig gevoeld, in onze buurt was naar mijn gevoel nooit wat aan de hand. Toen ik later aan de Poeldijkstraat kwam te werken, werd ik meteen lastiggevallen op straat.’

Ellen in 2018 bij Centrum de Tour

Ellen in 2018 bij Centrum de Tour

Liefdesverdriet

‘Toen Walenburg sloot, voelde ik een soort liefdesverdriet,’ aldus Ellen. ‘Het was een familie. Bewoners gingen in de lente aan de zwerf en kwamen in de herfst weer vragen of we nog een kamertje voor ze hadden. Dat kon toen nog, het was een andere tijd. Er waren minder protocollen, je kon meer ritselen voor bewoners. Er gebeurden ook dingen waarvan je achteraf denkt… Zo heb ik als stagiair in mijn eentje avonddiensten gedraaid en dan deelde ik, zonder bevoegdheid, gewoon medicijnen uit. Soms was het ook heel vies. Wandluis, kledingluis, schurft, noem maar op.’

Praktijk

‘Wat er anders is in vergelijking met nu? Tja, moeilijk. Sowieso zij er nu meer veel verplichtingen, je moet je nu veel meer voor alles verantwoorden. Vroeger kreeg je als organisatie een hand geld, altijd net te weinig, en daar moest je het mee doen. Verder zijn er nu veel meer mensen in dienst met hoge, theoretische opleidingen. Vroeger had je meer mensen uit de praktijk, maar praktijkervaring wordt nu minder gewaardeerd.’

Rommelmarkt bij De Tour

Rommelmarkt bij De Tour

Warm

‘Na Walenburg kwam ik bij De Rijswijk, maar daar kon ik het niet vinden, dus toen ben ik overgestoken naar De Veste. Daar heb ik tien jaar gewerkt. We hadden veel drugsverslaafden in huis en ik was de contactpersoon voor het Fibu [budgetbeheer van de gemeente, red.]. Geld en drugs is geen goede combinatie. Toen ben ik uitgevallen vanwege agressie en stalking.
Ik wilde toch iets doen en ik kende Ybo, dus toen ben ik gaan kijken of Centrum de Tour misschien iets voor mij was. En hier had ik meteen weer het familiegevoel, de warmte, ik voel me hier als een vis in het water.’

Bij De Tour

Bij De Tour

Veel mogelijk

‘Een minpunt vind ik dat HVO-Querido veel te snel en te vaak met nieuwe projecten begint. Het vorige project is nog niet geland of hup weer iets nieuws.
Maar ik moet wel zeggen: er is veel mogelijk bij HVO-Querido. Als je met een goed idee komt, eigen initiatieven hebt of iets wil organiseren, dan kan dat. Bij De Tour heb ik een voedselproject opgezet, we houden hier rommelmarkten. En op donderdag hebben we een grote brunch voor bezoekers. Dat heb ik met de Albert Heijn hier op het Delflandplein geregeld. Elke donderdagochtend halen we voor niks spullen op die over de datum gaan. Dat eten we met z’n allen gezellig op en de rest krijgen bezoekers mee naar huis.’

Gewoon Ellen

‘Nu ben ik hier vrijwilliger op de donderdag. Ik moet nog een beetje wennen aan die rol. Vanochtend kwam ik binnen en mensen vragen gelijk: Hé Ellen, waar ligt dit? Ellen, hoe zullen we dat doen? De mensen die hier komen zijn hele leuke, fijne mensen. Ze zijn me dierbaar, daarom wil ik graag bij ze blijven. De meeste bezoekers boeit het niet of ik nou medewerker of vrijwilliger ben, ik ben gewoon Ellen.
Ik ben ook vrijwilliger bij stichting Odion in Wormerveer, maar dat is af en toe.’

Ellen Mulder op het bankje voor Centrum de Tour, 2025

Ellen Mulder op het bankje voor Centrum de Tour, 2025

Aardig

‘Het fijne van De Tour vind ik dat mensen heel gemotiveerd zijn,’ zegt Ellen tot slot. Je hoef niet aan een dood paard te trekken, ze willen zelf echt iets. Ze zijn onderling ook begaan met elkaar. Niet dat ze voortdurend bij elkaar over de vloer komen, maar de mensen zijn geïnteresseerd, ze vragen hoe het met de ander gaat. Ze sturen een kaartje als iemand ziek is. Het zijn gewoon aardige, lieve mensen.’

Deel dit verhaal:

Meer lezen?

Bekijk dan al onze verhalen.