Verhalen

Beeldhouwer onthuld

01 mei, 2012

De voogdijvereniging Le-Ezrath Ha-Jeled (Het Kind ter Hulpe) stelde zich de verzorging van Joodse oorlogspleegkinderen ten doel. De schrijver en psychiater Hans Keilson (1909-2011) was een van de oprichters. In 1950 fuseerde Le-Ezrath Ha-Jeled met drie andere instellingen op het gebied van de kinderzorg en ging verder als de Gefuseerde Joodse Instellingen voor Kinderbescherming.

Voor deze stichting opende Koningin Juliana op 16 november 1965 een nieuw Joods kinderhuis voor 54 kinderen aan de Mirandalaan 46 in Amsterdam. Het tehuis was ontworpen door de architect Leon Hijman Paul Waterman (1911-1988). Bij die gelegenheid wordt ook een bronzen beeld onthuld.

Queridohuis II

Het aantal kinderen dat in aanmerking kwam voor opname in het huis daalde echter gestaag. In 1975 sluit het tehuis. In augustus dat jaar koopt de Queridostichting het pand voor 2.800.000 gulden en breidt daarmee de  capaciteit uit van 100 naar 160 plaatsen. Het pand heet na een verbouwing aanvankelijk Queridohuis II,  maar sinds het afscheid van Judith van Swet in 1980 draagt het haar naam. Het beeld blijft gewoon voor de deur staan.

Beeld bij het oude Judith van Swethuis

Het oude Judith van Swethuis wordt in 1996 gesloopt om op dezelfde plaats een jaar later te herrijzen als het nieuwe Judith van Swethuis, dat er nog altijd staat. Men probeert in die tijd al te achterhalen wie het beeld heeft gemaakt. Er wordt zelfs met mensen in Israël gecorrespondeerd, maar zonder succes. Wel is het de medewerkers en bewoners van het Judith van Swethuis van meet af aan duidelijk dat het beeld meegaat en een plaats krijgt bij het nieuwe huis. Men is er aan gehecht geraakt.
De Belgische architect van het pand, Bruno Albert, vindt het beeld goed bij het ontwerp passen en plaatst het in de tuin. Het beeld is goed te zien vanaf de Zuidelijke Wandelweg. Wegens ruimtegebrek en ter bescherming staat het kunstwerk tijdens sloop en nieuwbouw tijdelijk her en der in de bouwput.

Hans Ittmann

Pas onlangs is boven water gekomen wie het beeld heeft gemaakt. Al in 1963 werd voor deze bronsplastiek, zoals het dan deftig heet, subsidie aangevraagd bij het toenmalige ministerie van Onderwijs, Kunst en Wetenschappen. Het departement geeft de opdracht aan de schilder en beeldhouwer Hans Ittmann (1914-1972).

Ittmann werkte kort na de oorlog in Parijs in het atelier van de beroemde Ossip Zadkine. Na zijn terugkeer in Nederland vijf jaar later vond hij aansluiting bij de abstract werkende kunstenaars van Creatie. In 1954 was hij medeoprichter van de Liga Nieuw Beelden. Ittman nam de kunst serieus en zei onder meer dat ‘beeldhouwers alleen daar kunstenaar zijn waar hun creatieve impuls en het werktuig hunner schepping tot één geheel zijn geworden in de abstracte realiteit van het kunstwerk.’

Klimpaal

De identiteit van de kunstenaar is aan het licht gekomen door naspeuringen van Peter Lokkerbol. De teammanager van het Judith van Swethuis heeft een paar avonden op internet gezocht, een vracht mail verstuurd en met veel mensen gebeld.

Peter Lokkerbol: ‘Je kan gerust zeggen dat de vraag zeer breed uitstond. Op een gegeven moment werd ik zelfs door Jaap Fransman gebeld, goh Peter, weet jij wie dat beeld heeft gemaakt?’ Uit deze naspeuringen is uit een album in het Joods Historisch Museum gebleken wie de kunstenaar is. Ook is duidelijk geworden dat het beeld, het stond immers voor een kindertehuis, tevens was bedoeld als klimpaal.

Er is inmiddels een website gewijd aan het werk  van Hans Ittmann: www.hansittmann.nl.

 

 

Deel dit verhaal:

Meer lezen?

Bekijk dan al onze verhalen.